K4 woorden en grammatica

vertaal: de optocht
A
der Ausgang
B
der Aufzug
C
der Umzug
D
der Ausflug
1 / 16
next
Slide 1: Quiz
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

vertaal: de optocht
A
der Ausgang
B
der Aufzug
C
der Umzug
D
der Ausflug

Slide 1 - Quiz

vertaal: klimmen
A
wandern
B
klettern
C
klemmen
D
klatern

Slide 2 - Quiz

vertaal: zin hebben in
A
Lust haben auf
B
Spaß machen
C
gefallen
D
sich interessieren für

Slide 3 - Quiz

vertaal: der Erfolg
A
de steun
B
nauwelijks
C
brutaal
D
het succes

Slide 4 - Quiz

vertaal: kaum
A
brutaal
B
nauwelijks
C
zelfs
D
verdrietig

Slide 5 - Quiz

vertaal: reichen
A
aanrijken
B
doorbrengen
C
de moeite waard zijn
D
voldoende zijn

Slide 6 - Quiz

Welke hoort niet in het rijtje thuis?
A
das Konzert
B
das Kino
C
das Festival
D
das Wochenende

Slide 7 - Quiz

vertaal: saai

Slide 8 - Open question

vertaal: achtste

Slide 9 - Open question

vertaal: nogal

Slide 10 - Open question

vertaal: helaas

Slide 11 - Open question

vertaal: het pretpark

Slide 12 - Open question

vertaal: die Ausstellung

Slide 13 - Open question

vertaal: die Erlaubnis

Slide 14 - Open question

vertaal: die Leidenschaft

Slide 15 - Open question

dem
den
von
bei
ohne
onderwerp
aus
durch
meewerkend voorwerp
lijdend voorwerp

Wat past bij een 4e naamval?


Slide 16 - Drag question