oefenexamen 2016 her

In 1848 gaf koning Willem II opdracht om de grondwet te wijzigen. Maar hij had er wel moeite mee.
Waarom had de koning moeite met de grondwetswijziging?
omdat zijn politieke macht hierdoor
A
Gelijk bleef
B
groter werd
C
kleiner werd
1 / 10
next
Slide 1: Quiz
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

In 1848 gaf koning Willem II opdracht om de grondwet te wijzigen. Maar hij had er wel moeite mee.
Waarom had de koning moeite met de grondwetswijziging?
omdat zijn politieke macht hierdoor
A
Gelijk bleef
B
groter werd
C
kleiner werd

Slide 1 - Quiz

In de nieuwe Grondwet van 1848 stond dat het verboden was om tegelijk
én minister én lid van de Tweede Kamer te zijn. Door deze dubbele
functie zou een lid van de Tweede Kamer een taak niet goed meer
kunnen uitvoeren.

Slide 2 - Open question

Enkele jaren nadat de Grondwet van 1848 was ingevoerd, deed de koning
in het openbaar uitspraken waarmee de ministers het niet eens waren. Als
gevolg hiervan bood het hele kabinet zijn ontslag aan.
 Geef een reden waarom het kabinet zich op basis van de Grondwet
van 1848 gedwongen voelde zijn ontslag aan te bieden.

Slide 3 - Open question

Een liberale journalist heeft een boek geschreven over zes politieke leiders uit de 19e en 20e eeuw. Elke leider kreeg een eigen hoofdstuk met een passende titel. Op het bord staan de titels van deze zes hoofdstukken:
A
Thorbecke 1, Kuyper 5
B
Thorbecke 2, Kuyper 5
C
Thorbecke 1, , Kuyper 2
D
Thorbecke 2, Kuyper 6

Slide 4 - Quiz

Hieronder staan vijf groepen:

1 feministen 2 liberalen 3 protestanten 4 rooms-katholieken 5 socialisten
 Welke twee groepen moeten volgens de politicus uit bron 1
samenwerken? Schrijf alleen de nummers op.

Slide 5 - Open question

Welke combinatie van politieke stroming, aanhang en politiek leider is
juist?
A
Liberalisme - arbeiders - thorbecke
B
liberalisme - hoge burgerij - troelstra
C
socialisme - arbeiders -troelstra
D
socialisme - hoge burgerij - thorbecke

Slide 6 - Quiz

In 1895 werd in Nederland een telefoonverbinding met het buitenland tot stand gebracht. De overheid werd eigenaar van deze telefoonverbinding.
 Past dit besluit bij de politieke uitgangspunten van de liberalen? Verklaar je antwoord.

Slide 7 - Open question

Bij welke politieke partij hoort bron 2?
A
ARP
B
Liberale Unie
C
RKSP
D
SDAP

Slide 8 - Quiz

Een feministe wilde in 1916 met de publicatie van deze bron een politiek
doel bereiken. De vraagtekens heeft zij bewust laten staan.
 Leg uit met behulp van de bron welk politiek doel de feministe wilde
bereiken. Noem hierbij 1) wat ze duidelijk wilde maken en 2) met welk politiek doel ze dit deed.

Slide 9 - Open question

Lees de extra bijlage. koppel de juiste verklaring aan het verslag.

Slide 10 - Open question