De les voor de toets

5.2 & 5.3

Remmende auto

Een auto rijdt met 80 km/h en remt.

 

a. Welk v,t diagram past bij een remmende auto?

b. Welke energieomzettingen vinden er plaats? Teken een energiestroomdiagram.

c. De auto verbrand brandstof. Noem twee mogelijke reactie producten van verbranding.

d. Het duurt ongeveer 5 seconden om tot stilstand te komen, hoelang is de remweg?

Vandaag

-leerdoelen

- Zelfwerken & vragen stellen

- RTTI & toetsanalyse

- Zelfwerken

Open je schrift op een lege pagina.

Probeer het eerst uit je hoofd, pas als je alles hebt opgeschreven wat uit je hoofd kon, pak je je boek erbij.

Toetsstof 4.1 t/m 4.4 en 5.1 t/m 5.3 + 5.5.

Welke formules ken je, welke begrippen? 

Schrijf in steekwoorden op.

4. Beweging:

4.1:

4.2:

4.3:

4.4:

5. Warmte:

5.1:

5.2:

5.3:

5.5:

Leerdoelen

… uitleggen hoe je RTTI kan inzetten om de werktijd tijdens een toets in te delen

… aan de hand van een analyse aantonen welke onderwerpen er op de toets komen

… bepalen wat je nog moet leren voor de toets
… uitleggen wat je hebt geleerd in deze les doordat je vragen hebt gesteld of hebt geoefend met de oefentoets/de gemengde opgaven.

Zelfwerken

Maken: Gemengde opgaven hoofdstuk 4 & 5

Klaar? Nakijken. -> 

Welke onderdelen gaan goed?
Waar loop je vast?
Wat moet je dus nog leren? Zoek soortgelijke opgaven op in je boek.

R, T1, T2, I

R, T1, T2, I (RTTI)

[R] Reproductie:

R, T1, T2, I (RTTI)

[R] Reproductie: De lesstof die je uit je hoofd moet leren. Dit gaat om dikgedrukte woorden waar je de betekenis van kan opnoemen en die je in eigen woorden kan uitleggen.

R, T1, T2, I (RTTI)

[R] Reproductie: De lesstof die je uit je hoofd moet leren. Dit gaat om dikgedrukte woorden waar je de betekenis van kan opnoemen en die je in eigen woorden kan uitleggen.
[T1] Toepassing 1:

R, T1, T2, I (RTTI)

[R] Reproductie: De lesstof die je uit je hoofd moet leren. Dit gaat om dikgedrukte woorden waar je de betekenis van kan opnoemen en die je in eigen woorden kan uitleggen.
[T1] Toepassing 1: Je past je kennis toe door uit te leggen hoe iets werkt of door uit te rekenen wat het antwoord op de vraag moet zijn. Dit lijkt vaak op wat je al bent tegen gekomen in het huiswerk.

R, T1, T2, I (RTTI)

[R] Reproductie: De lesstof die je uit je hoofd moet leren. Dit gaat om dikgedrukte woorden waar je de betekenis van kan opnoemen en die je in eigen woorden kan uitleggen.
[T1] Toepassing 1: Je past je kennis toe door uit te leggen hoe iets werkt of door uit te rekenen wat het antwoord op de vraag moet zijn. Dit lijkt vaak op wat je al bent tegen gekomen in het huiswerk.
[T2] Toepassing 2:

R, T1, T2, I (RTTI)

[R] Reproductie: De lesstof die je uit je hoofd moet leren. Dit gaat om dikgedrukte woorden waar je de betekenis van kan opnoemen en die je in eigen woorden kan uitleggen.
[T1] Toepassing 1: Je past je kennis toe door uit te leggen hoe iets werkt of door uit te rekenen wat het antwoord op de vraag moet zijn. Dit lijkt vaak op wat je al bent tegen gekomen in het huiswerk.
[T2] Toepassing 2: Je krijgt soortgelijke opdrachten als bij T1 maar dit keer zijn ze niet herkenbaar uit de lesstof waar je mee hebt geoefend. Dit maakt dat de opdrachten vaak iets lastiger zijn.

R, T1, T2, I (RTTI)

[R] Reproductie: De lesstof die je uit je hoofd moet leren. Dit gaat om dikgedrukte woorden waar je de betekenis van kan opnoemen en die je in eigen woorden kan uitleggen.
[T1] Toepassing 1: Je past je kennis toe door uit te leggen hoe iets werkt of door uit te rekenen wat het antwoord op de vraag moet zijn. Dit lijkt vaak op wat je al bent tegen gekomen in het huiswerk.
[T2] Toepassing 2: Je krijgt soortgelijke opdrachten als bij T1 maar dit keer zijn ze niet herkenbaar uit de lesstof waar je mee hebt geoefend. Dit maakt dat de opdrachten vaak iets lastiger zijn.
[I] Inzicht:

RTTI (R, T1, T2, I)

[R] Reproductie: De lesstof die je uit je hoofd moet leren. Dit gaat om dikgedrukte woorden waar je de betekenis van kan opnoemen en die je in eigen woorden kan uitleggen.
[T1] Toepassing 1: Je past je kennis toe door uit te leggen hoe iets werkt of door uit te rekenen wat het antwoord op de vraag moet zijn. Dit lijkt vaak op wat je al bent tegen gekomen in het huiswerk.
[T2] Toepassing 2: Je krijgt soortgelijke opdrachten als bij T1 maar dit keer zijn ze niet herkenbaar uit de lesstof waar je mee hebt geoefend. Dit maakt dat de opdrachten vaak iets lastiger zijn.
[I] Inzicht: dit zijn opdrachten waarbij je iets moet uitleggen aan de hand van een situatie die je nog niet kent of waarbij je meer dan één stuk theorie moet samenvoegen om tot een antwoord te komen

Toetsanalyse

Neem de tabel over in je schrift.
Noteer dan met passende afkortingen alle nuttige info in de tabel.
LET OP! De tabel wordt uiteraard veel langer dan dit!

opgave

punten

niveau

Paragraaf

bijzonderheden

Zelfwerken

HW: Gemengde opgaven Hst 1, en 3.

VRAAG?

Lees de opgave door, lees het boek, vraag je buur. 

Kom je er niet uit? Schrijf je vraag op, steek je hand op.

Klaar? Nakijken.

QUIZZJE