3a: negatief; spreekt tegen
3b: (1) betrouwbaar; (2) feiten; (3) meningen
3c: Hoe vaker je negatieve klanken hoort, hoe meer mensen geloven dat
het niet zo gezellig is in Noord-Brabant. Het stereotiepe beeld zal
dan veranderen.
4a: Iedereen kan informatie op internet plaatsen. De informatie bestaat
niet uit alleen maar feiten.
4b: Om de mening van anderen te beïnvloeden, zowel positief als
negatief.