M3 present perfect 2

M3 present perfect 2
Leerdoelen - aan het einde van deze les herinner jij
  •  wat de present perfect is.
  • hoe je de present perfect maakt in ontkennende zinnen en vraagzinnen.
  • wanneer je de present perfect gebruikt.
1 / 19
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

M3 present perfect 2
Leerdoelen - aan het einde van deze les herinner jij
  •  wat de present perfect is.
  • hoe je de present perfect maakt in ontkennende zinnen en vraagzinnen.
  • wanneer je de present perfect gebruikt.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Present Perfect

Wat is de present perfect?
A
toekomstige tijd
B
verleden tijd
C
onvoltooid tegenwoordige tijd
D
voltooid tegenwoordige tijd

Slide 3 - Quiz

Present Perfect:

Wat is de regel van de present perfect?
A
ww+ - ed
B
shit = ww+-s
C
vorm van to be + ww+-ing
D
have/has + ww+ed of 3e rijtje

Slide 4 - Quiz

Wat wordt ook alweer bedoeld met het 3e rijtje?
A
De woorden die op -ed eindigen in de verleden tijd.
B
De voltooide tijd van de onregelmatige werkwoorden.

Slide 5 - Quiz

Wanneer gebruik je de present perfect simple?
A
Voor iets wat nu gebeurt.
B
Voor iets wat in het verleden is gebeurd.
C
Voor iets wat in het verleden is gestart en nog steeds doorgaat.
D
Voor iets wat in de toekomst staat te gebeuren.

Slide 6 - Quiz

Welke signaalwoorden horen bij de present perfect simple?
A
always, sometimes, usually
B
for, already, yet

Slide 7 - Quiz

Present perfect simple
Ontkennende zinnen:
Voeg 'not' toe
I have eaten bread -> I haven't eaten bread.
Tom has just arrived -> Tom hasn't arrived yet. 


Slide 8 - Slide

Present perfect simple
Vraagzinnen: starten met have/has

Have you eaten bread? Yes, I have / No, I haven't.
Has Tom already arrived? Yes, he has / No, he hasn't. 


Slide 9 - Slide

Woordvolgorde
Signaalwoorden just, already, ever en never -> komen na have/has

yet, so far, for, since -> komen aan het einde van de zin.

I have never been to England.
He has lived here for three years

Slide 10 - Slide

What is a correct sentence in the present perfect simple?
A
I have seen that movie never.
B
I never have seen that movie.
C
I have never seen that movie.
D
Never I have seen that movie.

Slide 11 - Quiz

What is a correct sentence in the present perfect simple?
A
Sarah have done all her homework.
B
Sarah has did all her homework.
C
Sarah has did all her homework.
D
Sarah has done all her homework.

Slide 12 - Quiz

Put the words in the correct order. Mind interpunction!
received / not/ packages / we / our / yet / have

Slide 13 - Open question

practice time
Ga naar Teams en klik op de links.
Maak de oefeningen.
Check je antwoorden.
Snap je het niet? Stel je vragen! 

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Link

Slide 16 - Link

Slide 17 - Link

Slide 18 - Link

Finished? 
Go to readtheory.org and practice with your reading skills. 

Slide 19 - Slide