Klas 3mavo DU Les 11-3-2022

Willkommen im Deutschunterricht

1 / 26

Slide 1: Slide

DuitsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Lesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Willkommen im Deutschunterricht

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Rückblick

Slide 3 - Slide

Aufbau der Stunde

- Test Seite 48+49 ( SO )

- Personalpronomen ( pers. vnw. herhaling)

- üben Personalpronomen

- Antisemitismus in der Schule (Video und Diskussion)

Slide 4 - Slide

Lernziele Stunde 1+2

- Je kunt het persoonlijk voornaamwoord in de 1e, 4e en 3e

naamval toepassen

- Je kent de woorden van Kapitel 4 blz. 49

- Je weet wat antisemitsme is en hoe men daar in Duitsland

tegenaan kijkt.

Slide 5 - Slide

SO blz. 48+49

timer

10:00

Slide 6 - Slide

Herhaling uitleg pers. vnw.

Kijk of je het zinsdeel kunt vervangen door:

Hij = 1e naamval

Hem = 4e naamval

aan/voor Hem = 3e naamval

Pak je schema Persoonlijk Voornaamwoord erbij!

Slide 7 - Slide

Voorbeeld:

Matthias sieht (haar)....... nicht.

Matthias ziet (haar) HEM niet.

HEM= 4e naamval

Dus: Matthias sieht sie nicht

Ich gebe (jou) ........ ein Geschenk.

Ik geef (jou) aan HEM een cadeau.

Aan hem (of voor hem) = 3e naamval

Dus: Ich gebe dir ein Geschenk.

Slide 8 - Slide

Die Firma schickt ___(hen) eine E-Mail.

Vertaal het persoonlijke vnw, in de juiste naamval

Slide 9 - Open question

Der Mann kann seinen Hut nicht finden? Er sucht ___(hem) überall.
Vertaal het persoonlijke vnw, in de juiste naamval

Slide 10 - Open question

Der Arzt operiert ___(mij) am Montag.

Vertaal het persoonlijke vnw, in de juiste naamval

Slide 11 - Open question

Der Arzt gibt ___(mij) Tabletten gegen die Schmerzen.
Vertaal het persoonlijke vnw, in de juiste naamval

Slide 12 - Open question

___(hij) gibt ihr Tabletten gegen die Schmerzen.

Vertaal het persoonlijke vnw, in de juiste naamval

Slide 13 - Open question

Ich habe __ im Schwimmbad gesehen.

Kies het juiste persoonlijke vnw.

dir

dich

ihn

Slide 14 - Quiz

Paul schickt ____ sofort die Bilder.

Kies het juiste persoonlijke vnw.

ich

mir

mich

mein

Slide 15 - Quiz

Antisemitismus

in der Schule

Slide 16 - Slide

Antisemitisme?

anti = tegen

Semiet = iemand die behoort tot het Joodse volk

Sem = een van de zonen van Noach. Het Joodse volk stamt volgens de Bijbel van deze zoon van Noach af.

Dus: antisemitisme = jodenhaat

Slide 17 - Slide

Antisemitisme?

Alleen in Nazi-Duitsland of.........??

Voorbeelden??

Slide 18 - Slide

Antisemitisme

Antisemitisme bestaat al duizenden jaren...

Slide 19 - Slide

kinder.wdr.de

Slide 20 - Link

Wat vind jij?

Slide 21 - Slide

An die Arbeit / Hausaufgaben

maken:

Slide 22 - Slide

Lernziele Stunde 1+2

- Je kunt het persoonlijk voornaamwoord in de 1e, 4e en 3e

naamval toepassen

- Je kent de woorden van Kapitel 4 blz. 49

- Je weet wat antisemitsme is en hoe men daar in Duitsland

tegenaan kijkt.

Slide 23 - Slide

Ist das Ziel erreicht?

Gibt es noch Fragen?

Slide 24 - Slide

Hausaufgaben

leren: pers. vnw schema

maken:

Slide 25 - Slide

Das Ende

Bis zum nächstes Mal!

Slide 26 - Slide