This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Quiz Politiek Juridische dimensie
Slide 1 - Slide
Een democratie is een.....
A
Land waarin burgers door grondrechten beschermd worden door de staat.
B
Politiek systeem waarbij de Grondwet de macht van de koning beperkt.
C
Politiek systeem waarbij één persoon of een kleine groep beslist over het land
D
Staatsvorm waarbij het volk tegenwoordigers kiest om het land te besturen.
Slide 2 - Quiz
"De Koning heeft tegenwoordig eigenlijk geen macht meer. Maar in de Grondwet is vastgelegd dat de koning het staatshoofd is. Zijn taak is bijna alleen nog maar symbolisch".
Welk begrip hoort hierbij?
A
Constitutionele monarchie
B
Dictatuur
C
Parlementaire democratie
D
Rechtsstaat
Slide 3 - Quiz
Waaruit bestaat het regering?
A
De Kamerleden uit de coalitie.
B
De Koning en de ministers.
C
De minister-president en de ministers
D
De ministers en de staatssecretarissen.
Slide 4 - Quiz
Wat is de belangrijkste taak van de Tweede Kamer?
A
Controleren van de regering.
B
Maken van wetsvoorstellen.
C
Rechters benoemen.
D
Wetten handhaven.
Slide 5 - Quiz
Rechten die vastleggen welke fundamentele vrijheden burgers hebben, heten....
A
Fundamentele rechten.
B
Grondrechten.
C
Mensenrechten.
D
Vrijheidsrechten.
Slide 6 - Quiz
Nederland is een rechtsstaat. Welke uitspraak of welke uitspraken daarover is of zijn juist?
I- In een rechtsstaat moet de overheid zich aan de wet houden. II- Scheiding der machten is een van de kenmerken van een rechtsstaat.
A
I en II zijn beide juist.
B
I en II zijn beide onjuist.
C
I is juist, II is onjuist
D
I is onjuist, II is juist
Slide 7 - Quiz
Wat is de juiste omschrijving van nepnieuws?
A
Een mening die wordt gepresenteerd als een feit.
B
Een nieuwsbericht dat bedoeld is om je bang te maken.
C
Een nieuwsbericht dat helemaal op jou is afgestemd.
D
Een verzonnen verhaal, gepresenteerd als nieuwsbericht.
Slide 8 - Quiz
Wat betekent het als de overheid censuur toepast?
A
De overheid bemoeit zich niet of nauwelijks met de inhoud van de media.
B
De overheid controleert vooraf wat er in de media gepubliceerd wordt.
C
De overheid legt achteraf straf op als je iets hebt gepubliceerd wat niet mag.
D
De overheid zorgt voor een media-aanbod met verschillende invalshoeken.