MAF 1.3 week 7 en week 8 hoofdstuk 12 Participatie en Wajong, Wswn

Wat gaan we deze week doen? 
Maf 1.3  week 7 

Hoofdstuk 12 : Participatiewet, Wajong en WSW


1 / 22
next
Slide 1: Slide
MAFMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Wat gaan we deze week doen? 
Maf 1.3  week 7 

Hoofdstuk 12 : Participatiewet, Wajong en WSW


Slide 1 - Slide

Hoe gaan we dat doen? 
  • Uitleg hoofdstuk 12 / begrippen doornemen  
  • Zelf hoofdstuk doornemen (eventueel vragen stellen)


Slide 2 - Slide

12.1 Inleiding participatiewet
Doelen van de wet: 
* Bijstand verstrekken  (hoofdstuk 11) 
* Werk vinden (hoofdstuk 12) 

Want: participeren is (re)integratie op de arbeidsmarkt, maar ook niet betaald meedoen met de samenleving (bijvoorbeeld vrijwilligerswerk) 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

12.2 Doelgroep participatiewet
  • Mensen met een bijstandsuitkering
  • Mensen met een Anw-uitkering 
  • Mensen die gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn en die geen beroep meer kunnen doen op de Wajong of WSW (= mensen die door een lichamelijke, psychische of verstandelijke handicap niet onder normale omstandigheden kunnen werken)
  • Mensen die geen uitkering hebben, maar wel als werkzoekende staan ingeschreven bij het UWV
  • Mensen die als vreemdeling een inburgeringscursus volgen 

Slide 5 - Slide

12.3 Instrumenten van de gemeente
Instrumenten  = gereedschap waarover de gemeente beschikt om het doel van de participatiewet (= werk vinden) te bereiken.                                     

Welke instrumenten kan de gemeente inzetten? 

  1. Gemeentelijke verordening: beleid maken (hoe gaan we het geld uitgeven?)
  2. Trainingen / leer-werktrajecten
  3. Technische aanpassingen werkplek
  4. Proefplaatsing, begeleiding op de werkplek van bijvoorbeeld een jobcoach
  5. Loonkostensubsidie
  6. No-riskpolis
  7. Beschut werk

We lopen ze één voor één even na

Slide 6 - Slide

12.3 Instrumenten van de gemeente
1. Gemeentelijke verordening: de gemeenteraad is verplicht om in een verordening vast te leggen hoe het participatiebeleid van de gemeente eruitziet. 

In die verordening moet in ieder geval worden beschreven wie onder welke voorwaarden voor welke voorziening in aanmerking komt. 
Het gaat dan vooral om de inzet van zware (en dure) instrumenten zoals loonkostensubsidie, beschut werk en de no-riskpolis.  


Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Slide 9 - Slide

12.3 Instrumenten van de gemeente
2. Trainingen en trajecten: 
* Sollicitatietraining 
* Empowermenttraining
* Verbetering Nederlandse taal
* Leer-werktraject: voor jongeren die geen startkwalificatie voor de arbeidsmarkt hebben

Weener academie
 


Slide 10 - Slide

Slide 11 - Link

12.3 Instrumenten van de gemeente
3. Technische aanpassingen werkplek: 

Het kan zijn dat er aanpassingen op de werkplek gedaan moeten worden om ervoor te zorgen dat een werknemer met een fysieke arbeidsbeperking kan functioneren op de werkplek. Denk aan een rolstoeloprit, een aangepast toilet, elektrische deuren, een extra leuning bij de trap of een video-intercom.
De gemeente denkt mee en biedt hierin financiële ondersteuning

Slide 12 - Slide

12.3 Instrumenten van de gemeente
4. Proefplaatsing: als de beperking of het gebrek aan ervaring werkgevers huiverig maakt om iemand in dienst te nemen. Tijdens de proefplaatsing houdt je een uitkering en betaalt de werkgever nog geen salaris. De werkgever moet wel op papier verklaren dat hij van plan is om een contract aan te bieden van minimaal 6 maanden. Na de proefplaatsing is een proeftijd niet meer nodig.

Begeleiding op de werkplek van bijvoorbeeld een jobcoach: een jobcoach coacht de mens met afstand tot de arbeidsmarkt in het werk, coacht de werkgever en/of directe collega's in het scheppen van de juiste voorwaarden op de werkvloer en onderhoud in samenspraak met de cliënt contact met het sociaal netwerk en eventuele andere professionals die om de cliënt staan.

Slide 13 - Slide

12.3 Instrumenten van de gemeente
5. Loonkostensubsidie

Voor mensen die een beperking hebben en een duidelijk lagere productiviteit. De werkgever betaalt zijn werknemer het gebruikelijke cao-loon (of als er geen cao is minstens het minimumloon) en de werkgever krijgt een deel van dat loon als subsidie terug.

De loonkostensubsidie vergoedt het verschil tussen loonwaarde en minimumloon. De maximale vergoeding is 70% van het minimumloon (bron: rijksoverheid.nl)

Slide 14 - Slide

12.3 Instrumenten van de gemeente
6. No-riskpolis

Als iemand lang arbeidsongeschikt is geweest en weer aan het werk gaat, kan dat voor de werkgever een flink risico zijn. De werknemer kan weer ziek worden en dan moet de werkgever 2 jaar doorbetalen. De no-riskpolis voorkomt dat.

Een no-riskpolis biedt namelijk dekking tegen het risico van loondoorbetaling bij ziekte. Normaal gesproken moet een werkgever bij ziekte loon doorbetalen. Maar voor een werknemer met no-riskdekking die ziek wordt ontvangt de werkgever een ziektewet uitkering van UWV . Die compenseert de loonkosten voor de werkgever bij ziekte.


Slide 15 - Slide

12.3 Instrumenten van de gemeente
7. Beschut werk
Mensen met een arbeidsbeperking hebben vaak begeleiding en aanpassingen nodig om te kunnen participeren op de arbeidsmarkt. Zij zijn aangewezen op een beschutte (beschermde) werkomgeving. Gemeenten zijn er verantwoordelijk voor dat deze beschutte werkplekken er komen. In Den Bosch heb je bijvoorbeeld Weener XL: 
https://www.weenerxl.nl/ik-zoek-werk-enof-inkomen/beschut-werken.html



Slide 16 - Slide

12.3 en 12.4
  Belangrijk: 
  • Welke ondersteuning mensen ook krijgen, zij hebben recht op betaling van (minstens) het minimumloon. Het is aan de gemeente om de eventuele extra kosten voor de ondersteuning te dragen.
  • Voorziening uit de WMO kan ook worden ingezet (bijvoorbeeld aangepast vervoer)
  • Uitvoering gebeurt door regionale werkbedrijven: UWV Den Bosch 

In deze werkbedrijven ontmoeten werkgevers, werknemers, het UWV en de gemeente elkaar en bundelen zij hun krachten om zo veel mogelijk mensen aan het werk te krijgen.

Slide 17 - Slide

12.5 WSW 
Tot de invoering van de participatiewet in 2015 konden werknemers die vanwege hun beperking geen regulier werk konden verrichten, een beroep doen op de Wet Sociale Werkvoorziening.

Na 2015 niet meer mogelijk

Beschut werk is nieuwe vorm

Formeel neemt de gemeente het besluit of iemand zodanig beperkt is dat beschut werk voor die persoon noodzakelijk is. Bij de invoering van de participatiewet hebben de partners afgesproken dat de beoordeling over de noodzaak van beschut werk binnen de regionale werkbedrijven gebeurt en dat het UWV daarin een belangrijke rol speelt.



Slide 18 - Slide

12.6 WAJONG 
Wajong: de wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten. Wanneer je voor je 18e jaar een lichamelijke of geestelijke beperking hebt. 
Je ontvangt maximaal 75% van het minimumloon  

(want: nog geen werk dus geen WIA) 

De Wajong is alleen nog bedoeld voor jonggehandicapten die al vanaf hun jeugd volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn. Zij hebben in de termen van de participatiewet geen arbeidsvermogen. Daarom vallen ze niet onder de participatiewet. Jonggehandicapten die wel (enig) arbeidsvermogen hebben, vallen wel onder de participatiewet.





Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

12.6 WAJONG 
Belangrijke wijziging: 
Uitkeringsgerechtigden die al vóór de participatiewet in de Wajong zaten, blijven in de Wajong. Zij behouden hun uitkering van 75% van het minimumloon. Wel worden deze 'oude' Wajong'ers de komende jaren opnieuw gekeurd. 

Vindt het UWV dat een Wajong'er niet volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is, dan krijgt hij vanaf 2018 5% minder uitkering.
Blijkt uit de herkeuring dat de Wajong'er volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is, dan behoudt hij zijn uitkering van 75% van het minimumloon. 
De Wajong uitkering stopt als de jonggehandicapte minder dan 25% arbeidsongeschikt is.





Slide 21 - Slide

En nu? 
  • Lees zelf hoofdstuk 12.
  • Daarna: quiz hoofdstuk 12




https://b.socrative.com/teacher/#import-quiz/57147739


Slide 22 - Slide