China kent natte en droge gebieden, hoe gaan zij er mee om?
1 / 24
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4
This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Hst 2:Water China
China kent natte en droge gebieden, hoe gaan zij er mee om?
Slide 1 - Slide
Welke begrippen van H. 2.1 ken je al? Begrippen: Reliëf, bovenloop, middenloop, benedenloop, verdamping, condenseren, korte waterkringloop, lange waterkringloop, regenwater, afstromen, smeltwater, infiltratie, grondwaterpeil, oppervlaktewater.
Slide 2 - Open question
Hoeveel mensen wonen er in China?
timer
0:20
A
1.300.000
B
1.400.000.000
C
1.500.000
D
1.500.000.000
Slide 3 - Quiz
Neerslag
Gemiddeld valt er 600 mm neerslag. Echter grote verschillen in het enorme land.
Veel reliëf hoogte verschillen in het landschap
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Ten zuiden van het Himalaya gebergte (bij India en Bangladesh) heb je loefzijde (nat) ten noorden ervan (China) heb je de lijzijde.
Droog - steppe
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Hoogvlakte a.k.a. Plateau = gebied met weinig reliëf boven 500m NAP
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
waterkringloop: de voortdurende verplaatsing van water op aarde
Slide 14 - Slide
korte kringloop
water uit zee (verdamping)
neerslag op zee ( vloeibaar of sneeuw)
Slide 15 - Slide
lange kringloop
water uit zee (verdamping)
neerslag op land ( vloeibaar of sneeuw)
of via grondwater (infiltratie) of via oppervlakte water
Slide 16 - Slide
Let op:
boven land verdampt ook veel water. grote boom 'drinkt' 200 L water per dag.
Ook verdamping via meren, rivieren etc (oppervlakte water)
*EVOTRANSPIRATIE
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Video
Stel neerslag valt in de duinen, is er sprake van de korte- of lange kringloop?
A
de korte kringloop
B
de lange kringloop
C
geen van beide
D
duinen tellen niet
Slide 19 - Quiz
Waar staat de letter Q voor?
A
Verdampen
B
Infiltreren
C
condenseren
D
Afstromen
Slide 20 - Quiz
Waar staat de letter R voor?
A
Verdampen
B
Infiltreren
C
condenseren
D
Afstromen
Slide 21 - Quiz
Waar staat de letter S voor?
A
Verdampen
B
Infiltreren
C
condenseren
D
Afstromen
Slide 22 - Quiz
Slide 23 - Video
*herhaling: Waardoor hebben polders in West-Nederland veel last van verzilting?
A
door bemaling van de polders
B
door de infiltratie van oppervlaktewater in de duinen