Les 3

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Welkom!

Planning

- Terugblik vorige les en vragen beantwoorden

-  Soorten ademhalingen

-Huiswerk controle

- Opdracht

Opdracht 

Opzoeken in je boek

1) Hoe ontstaat een verstopte neus?

2) Hoe komt het dat je je verslikt?

3) Welke delen van het ademhalingsstelsel passeert de lucht achtereenvolgens als je uitademt?

4) Hoe ontstaat de hik?

Herhaling:

Het ademhalingsstelsel

Maak de reactievergelijking van verbranding kloppend.

+

+

  ^_______>

verbranding

koolstofdioxide

zuurstof

water

glucose

neusholte

luchtpijp

long

middenrif

huig

slokdarm

longblaasje

Onderdelen ademhalingsstelsel

Diffusie

De lucht die je inademt heeft

1. veel zuurstof weinig koolstofdioxide
2. veel zuurstof veel koolstof dioxide
3. weinig zuurstof veel koolstofdioxide
4. weinig zuurstof weinig koolstof dioxide

Basisstof 4

Ademhalen

Typen ademhalen

Borstademhaling (ribademhaling): 

Je ribben bewegen omhoog en omlaag.

Buikademhaling (middenrifademhaling):

Je middenrif beweegt omhoog en omlaag.

Borstademhaling

• Tussenribspieren trekken samen, ribben en borstbeen omhoog
• Lucht stroomt de longen binnen
  
  
• Tussenribspieren ontspannen, ribben en borstbeen omlaag
• Lucht stroomt de longen uit

Middenrifademhaling (buikademhaling)

• Het middenrif en de buikwand bewegen
  
  
• Inademing: het middenrif beweegt omlaag, de borstholte wordt groter, de longen worden uitgerekt en lucht wordt naar binnen gezogen.

Middenrifademhaling  =   Buikademhaling

Middenrif omlaag. Buikwand wordt naar voren gedrukt door de darmen.

Middenrif omhoog. Buikwand gaat naar binnen door zijn elasticiteit en wordt weer plat.

Maken 

Basisstof 4

Kennis en inzicht

Het bloed dat naar de longen toe stroomt heeft

1. veel zuurstof weinig koolstofdioxide
2. veel zuurstof veel koolstof dioxide
3. weinig zuurstof veel koolstofdioxide
4. weinig zuurstof weinig koolstof dioxide

Welke stof wordt door de longen opgenomen in het bloed?

Het bloed dat van de longen af stroomt heeft

1. veel zuurstof weinig koolstofdioxide
2. veel zuurstof veel koolstof dioxide
3. weinig zuurstof veel koolstofdioxide
4. weinig zuurstof weinig koolstof dioxide

Koudbloedig

Koudbloedig wanneer de lichaamstemperatuur gelijk is aan  de omgevingstemperatuur. 

Hebben een wisselende lichaamstemperatuur.

- vissen, reptielen, amfibieën en geleedpotigen.

Voordelen

- Bij te warm of te koud kunnen ze zich verplaatsen naar een andere omgeving, hun

temperatuur pas zich daarbij aan.

- Lange tijd zonder voedsel omdat ze geen energie nodig hebben om hun

lichaam op te warmen.

Nadeel

-Bij lage tempratuur kunnen ze niet actief leven.

- Levensduur is vaak korter, ze blijven kleiner en hebben vaak minder ontwikkelde

hersenen.

Warmbloedig

 Door verbranding in de cellen is er een constante lichaamstemperatuur. 

Vogels en zoogdieren zijn warmbloedig. 

Voordeel en nadeel

- Veel verbranding in het lichaam, daardoor komt veel energie vrij en bij elke

tempratuur actief worden geleefd.

Nadeel 

- Er is veel voeding nodig om te kunnen blijven functioneren

Ademhaling insect

• Geen longen maar buisjes in het lichaam
  - Die heten tracheeën
  
  
• In achterlijf zitten kleine openingen 
  - Die heten stigmata
  
  
• Zuurstof komt binnen via de stigma en verspreid zich via de tracheeën. 
  Koolstofdioxide verlaat zo ook het lichaam 
  
  
• Komt door het aanspannen of ontspannen van het achterlijf van de insect