In zaden zit al een heel klein plantje. We
noemen dat het kiemplantje. Als een zaadje op
een goede plek terechtkomt, kan het
kiemplantje gaan groeien. Het zaadje ligt op
een goede plek als:
er voldoende water is.
het warm genoeg is.
er genoeg voedsel in de bodem zit.
er licht bij kan komen.
er genoeg lucht bij kan komen voor
zuurstof.