4K H1_Taalverzorging_ Hoofdletters en leestekens

Nederlands
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with text slides.

Items in this lesson

Nederlands

Slide 1 - Slide

Programma
Welkom
Lezen
Hoofdstuk 1 taalverzorging
Opdracht samen maken
Zelfstandig werken

Slide 2 - Slide

Lezen
Pak je leesboek erbij en ga in stilte lezen.
timer
10:00

Slide 3 - Slide

H1_Taalverzorging
Hoofdletters en leestekens

Slide 4 - Slide

Leerdoel
Je kunt hoofdletters en leestekens gebruiken.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Hoofdletters
• Aan het begin van een zin

Let op: 's Avonds kijk ik graag een serie.
• bij namen
Anke van Dijk, Henks boek, Rotterdam, Hema, Nike, Hemelvaart
• bij woorden die gemaakt zijn van aardrijkskundige namen
Noord-Brabantse, Afrikaanse


Let op: je gebruikt geen hoofdletter bij namen van dagen, maanden, seizoenen en windstreken.

Slide 7 - Slide

Leestekens
Zorgen ervoor dat je een tekst makkelijk kunt lezen.

Aan het eind van de zin:
-punt                              
- vraagteken               
- uitroepteken            

Slide 8 - Slide

- komma         
• tussen twee persoonsvormen.
Als je de grens over gaat, moet je een paspoort meenemen.
• voor voegwoorden
zoals: omdat, terwijl, maar, nadat, want.
Aukje wordt met de auto gebracht, omdat haar band lek is.
• tussen delen van een opsomming.
Ik eet met vork, mes en lepel.




Slide 9 - Slide

- dubbele punt
- aanhalingstekens

Citeren --> letterlijk opschrijven wat iemand zegt.

Mevrouw Kalenkamp zegt: 'Doe je telefoon in je tas!'


Slide 10 - Slide

Uitleg filmpje

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Link

Opdracht samen
Opdracht 1

  1. Spelen Noah en Lisanne ook op zondag Fortnite?
  2. Een van de meest gelezen boeken ter wereld is Het achterhuis van Anne Frank.
  3. De zomer is nog niet voorbij en de pepernoten liggen alweer in de Jumbo!
  4. Willemien van de Vlies kijkt op Netflix alleen maar Engelse detectives

Slide 13 - Slide

Opdracht samen
Opdracht 4
  1. Als je naar Oost-Duitsland gaat, moet je eerst een eind door het westen van dat land rijden.
  2. Onder scholieren in Nederland is het boek Het gouden ei nog steeds populair.
  3. 'Pieter, neem jij even pindakaas mee van de Albert Heijn?'
  4. Nadat Ben een geurtje opgedaan had, riep Emma: ‘Hmm, wat ruik je lekker!’ 



Slide 14 - Slide

(huis)werk
H1 Taalverzorging (hoofdletters en leestekens) 
opdracht 2, 3, 5 & 6


timer
20:00

Slide 15 - Slide

Opdracht 2
  1. Thuis hebben we een abonnement op De telegraaf, de Volkskrant en het NRC.
  2. Nico heeft bijna nooit een trui, want hij heeft het altijd warm.
  3. Toen wij in Inda waren, kon je op de foto met verschillende soorten apen.
  4. Bas, als je nu niet met die domme berichten stopt, gooi ik je uit de groep!

Slide 16 - Slide

Opdracht 3
  1. De docent zegt: 'Jullie mogen 10 minuten op jullie mobiel!'
  2. Timon appte: 'Ik ga niet mee naar de film, ik ben ziek.'
  3. Uit de intercom hoorden we: 'Alle leerlingen moeten het pand nu verlaten!'
  4. Joep vroeg: 'Wie gaat er met mij mee naar buiten?'

Slide 17 - Slide

Opdracht 5
  1. Mijn bankpas is geblokkeerd en daardoor kan ik de broodjes niet afrekenen.
  2. De moeder van Els riep door de klas: 'Jens komt jou om 5 uur ophalen!'
  3. Wil jij peper, zout en tuinkruiden door de salade doen?
  4. Pas op met nieuwsberichten, want er is nog altijd veel nepnieuws.

Slide 18 - Slide

Opdracht 6
  1. 's Morgens fietsen Henk, Quinten en Carola over de stationsweg naar school.
  2. 35 leerlingen lopen stage deze week bij bejaardencentrum Zorgvliet.
  3. Wim fluisterde: ' 't ex-fokschaap vindt ik best een lastig ezelsbruggetje.'
  4. 60 procent van de jongeren drinkt Red Bull, omdat zij dat lekker vinden.

Slide 19 - Slide