3: Conflicten tijdens de Koude Oorlog
1 / 28
Lesson duration is: 60 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Welke 2 ideologieën staan er tegenover elkaar?
A
Fascisme en kapitalisme
B
Fascisme en liberalisme
C
Communisme en liberalisme
D
Communisme en kapitalisme
Slide 3 - Quiz
Deze symbolen horen bij het ....
A
Kapitalisme
B
Communisme
Slide 4 - Quiz
Geen verschil tussen arm en rijk
A
Kapitalisme
B
Communisme
Slide 5 - Quiz
Vrijemarkteconomie
A
Kapitalisme
B
Communisme
Slide 6 - Quiz
Wat is het Marshallplan?
A
Hulp aan arme kinderen in Afrika
B
Hulp van de VS aan Europa na de 2e wereldoorlog
C
Hulp voor militairen
D
Hulp voor de SU tijdens de Koude Oorlog
Slide 7 - Quiz
Wat is geen doel van het Marshallplan?
A
De Europese economie er weer bovenop brengen
B
Uitbreiding van het communisme tegenhouden
C
Amerikaanse dictatuur naar Europa brengen
D
Samenwerking in Europa en samen met de VS stimuleren
Slide 8 - Quiz
Wanneer was de blokkade van Berlijn?
A
1945
B
1946
C
1947
D
1948
Slide 9 - Quiz
Wat was de aanleiding voor de Blokkade van Berlijn?
A
Het Westen werkte samen tegen Stalin
B
Stalin wilde een oorlog met het Westen uitlokken
C
Er vertrokken te veel mensen via West-Berlijn naar het Westen
D
Het invoeren van een nieuwe munt de D-Mark
Slide 10 - Quiz
Wat was het doel van de Blokkade van Berlijn?
A
Truman wilde Berlijn bevrijden
B
Stalin wilde een muur bouwen
C
Stalin wilde Berlijn aanvallen
D
Stalin wilde Berlijn helemaal innemen
Slide 11 - Quiz
Berlijnse Muur werd gebouwd in?
A
1945
B
1960
C
1961
D
1989
Slide 12 - Quiz
Hieronder staan vijf gebeurtenissen die te maken hebben met de Koude Oorlog.
Geef per gebeurtenis aan of deze hoort bij het Oostblok of bij het Westen.
Oosten
Westen
De EGKS wordt opgericht.
De NAVO wordt opgericht.
Het Sovjetleger slaat een volksopstand neer.
Het Warschaupact wordt opgericht.
Landen ontvangen Marshallhulp.
Slide 13 - Drag question
Slide 14 - Video
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Wanneer begon de Koude Oorlog?
A
1940
B
1945
C
1950
D
1955
Slide 17 - Quiz
Bij welk blok hoort de DDR?
A
Westblok
B
Oostblok
Slide 18 - Quiz
In welk jaar werd de Berlijnse Muur gebouwd?
A
1948
B
1955
C
1961
D
1965
Slide 19 - Quiz
De Koreaanse Oorlog liep van...
A
1945-1948
B
1950-1955
C
1950-1953
D
1953-1956
Slide 20 - Quiz
Noord-Korea was communistisch
A
Juist
B
Onjuist
Slide 21 - Quiz
De VN steunde Noord-Korea
A
Juist
B
Onjuist
Slide 22 - Quiz
Noord-Korea werd gesteund door...
A
VN
B
Duitsland
C
VS
D
China
Slide 23 - Quiz
Welk land zit niet altijd in de veiligheidsraad
A
Rusland
B
China
C
Nederland
D
VS
Slide 24 - Quiz
Het hoofddoel van de VN is het bewaren van vrede en veiligheid in de wereld
A
Juist
B
Onjuist
Slide 25 - Quiz
Vetorecht betekent 'ik verbied'
A
Juist
B
Onjuist
Slide 26 - Quiz
Alle 15 landen die in de veiligheidsraad zitten hebben het vetorecht
A
Juist
B
Onjuist
Slide 27 - Quiz
Tijdens de Koude Oorlog is het vetorecht nooit gebruikt
A
Juist
B
Onjuist
