EC 6_Internationale getallen

EC 6_Internationale getallen
1 / 11
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

EC 6_Internationale getallen

Slide 1 - Slide

Leerdoelen 
  • Je kan uitleggen wat volgende getallen betekenen en je kan deze berekenen:
  •  Invoer en uitvoerwaarde
  •  Import en exportpercentage
  •  Inkomen per hoofd van de bevolking

Slide 2 - Slide

Invoerwaarde en uitvoerwaarde
  • Invoerwaarde:
  • Dit geeft aan voor hoeveel euro een land iets heeft geïmporteerd
  • ingevoerde hoeveelheid x gemiddelde prijs per product
  • Uitvoerwaarde:
  • Dit geeft aan voor hoeveel euro een land iets heeft geëxporteerd
  • Uitgevoerde hoeveelheid x gemiddelde prijs per product 
  • Maak opgave 2 van je blad 

Slide 3 - Slide

Uitwerking vraag 2 
  • 0,83 x 116.000.000 = €96.280.000
  • of
  • 0,83 x 116= €96,28 miljoen 

Slide 4 - Slide

Nationaal inkomen en importquote & exportquote 
  • Nationaal inkomen: 
  • Dit is het inkomen van alle inwoners van ons land bij elkaar opgeteld.
  • Import in procenten /importquote:
  • De totale invoerwaarde in procenten van het nationaal inkomen
  • Formule: totale invoerwaarde : nationaal inkomen x 100
  • Export in procenten/Exportquote:
  • De totale exportwaarde in procenten van het nationaal inkomen
  • Formule: totale exportwaarde : nationaal inkomen x 100

Slide 5 - Slide

In Nederland is de invoerwaarde in 2019 64,1 miljard. Het nationaal inkomen is 880,4 miljard. Wat is de importquote?

Slide 6 - Open question

  • In Nederland is de invoerwaarde in 2019 64,1 miljard. Het nationaal inkomen is 880,4 miljard. Wat is de importquote?
  • 64,1 miljard : 880,4 miljard x 100= 7,3%

Slide 7 - Slide

Inkomen per hoofd van de bevolking:
  • Gemiddelde inkomen van een inwoner, (als al het geld eerlijk was verdeeld)
  • Formule= Nationaal inkomen : aantal inwoners
  • Nationaal inkomen= Totale bedrag dat alle inwoners samen verdienen 

Slide 8 - Slide

Voorbeeldvraag.
Een land heeft een nationaal inkomen van 335 miljard euro. Er zijn 21 miljoen mensen. Wat is het inkomen per hoofd van de bevolking? Rond af op hele euro's

Slide 9 - Open question

Uitwerking voorbeeldvraag
Een land heeft een nationaal inkomen van 335 miljard euro. Er zijn 21 miljoen mensen. Wat is het inkomen per hoofd van de bevolking? Rond af op hele euro's.
Formule: Nationaal inkomen : aantal inwoners
335.000.000.000 : 21.000.000= 15.952,38 / afgerond €15.952
Of 
335.000 miljoen : 21 miljoen = 15.952,38 / afgerond €15.952

Slide 10 - Slide

Nabeschouwing 
Maak alle omcirkelde vragen 

Slide 11 - Slide