What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
3.3 Het budgetplan
Ga rustig naar je plek. Pak je boek en ga lezen
1 / 31
next
Slide 1:
Slide
Economie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
This lesson contains
31 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Ga rustig naar je plek. Pak je boek en ga lezen
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen vandaag?
Herhalen paragraaf 2
Behandelen Hoofdstuk 3 paragraaf 3 (25 min)
zelfstandig werken (15 min)
Wat hebben we geleerd (5 min)
Slide 2 - Slide
Herhaling
Slide 3 - Slide
Als ik spaar voor het geval dat mijn televisie kapot gaat, spaar ik ...
A
voor een doel
B
voor de rente
C
uit voorzorg
Slide 4 - Quiz
Rente
A
Betaal je over spaargeld en krijg je over geleend geld
B
Krijg je over spaargeld
C
Krijg je over spaargeld en betaal je over geleend geld
D
Betaal je over geleend geld
Slide 5 - Quiz
Wat is geen doel van sparen?
A
sparen voor een doel
B
sparen voor de zekerheid
C
sparen voor een huis
D
sparen voor vermogensopbouw
Slide 6 - Quiz
Als ik spaar voor een nieuwe auto, dan spaar ik voor een?
A
doel
B
voorzorg
C
rente
Slide 7 - Quiz
Wat is lenen?
A
geld uit de toekomst nu uitgeven
B
aflossen
C
rente
D
termijnen
Slide 8 - Quiz
Wat is de looptijd?
A
De tijd die je hebt om het geld te lenen
B
De tijd die je krijgt om op zoek te gaan naar een baan
C
De tijd die je hebt om het geleende geld terug te betalen
D
De tijd die de mensen nodig hebben om te lenen
Slide 9 - Quiz
Krediet is
A
een lening voor de aanschaf van een huis
B
een doorlopend krediet
C
een ander woord voor lening
D
koop op afbetaling
Slide 10 - Quiz
Kredietkosten
Berekenen de kredietkosten per aanbieder
Kredietkosten =
(aantal termijnen x termijnbedrag) - geleend bedrag
Slide 11 - Slide
Kredietkosten/rente berekenen
Kredietkosten = termijnbedrag x aantal termijnen - krediet
Vraag:
Els leent € 5.000,- en betaalt in 60 maandelijkse termijnen van € 98,- terug. Bereken de kredietkosten.
Termijnbedrag = € 98,-
Aantal termijnen = 60
Krediet = € 5.000,-
Kredietkosten/rente = 98 x 60 - 5000 = € 880,-
Slide 12 - Slide
Voor de aankoop van een caravan sluiten je ouders een lening af van € 10.000 met een looptijd van 2 jaar.
Bereken de kredietkosten.
Slide 13 - Open question
H3 §3
Geld ,over en te kort
Het budgetplan
Slide 14 - Slide
Lesdoel
Aan het einde van deze les kunnen jullie uitleggen:
hoe je een budgetplan maakt.
Slide 15 - Slide
Inkomsten
Als je meer controle wil over je uitgaven kan je een budgetplan opstellen.
Budgetplan: overzicht met de verschillende budgetten van een huishouden of persoon.
Je gebruikt dit om overzicht te krijgen en hoe hoe je kan rondkomen van je geld.
Slide 16 - Slide
Hoe krijg je meer controle over haar uitgaven?
Slide 17 - Open question
3 soorten uitgaven:
Waaraan geef je je geld uit???
Soorten uitgaven:
Huishoudelijke/dagelijkse uitgaven
de alledaagse uitgaven voor je huishouden. (dagelijkse uitgaven)
vaste lasten
de uitgaven die je met een vaste regelmaat moet betalen
incidentele uitgaven
meestal grote uitgaven die je niet zo vaak doet en niet met een vaste regelmaat
Slide 18 - Slide
Wat is een budget?
Slide 19 - Open question
Een blijvend tekort
Wanneer er iets veranderd in je budget kan het zijn dat je de budgetten moet aanpassen.
Wanneer je bijvoorbeeld minder gaat verdienen maar evenveel blijft uitgeven kan het zijn dat je een blijvend tekort krijgt.
Budgetteren: Het op elkaar afstemmen van de inkomsten en uitgaven.
Prioriteiten: Dat wat je het belangrijkste vindt.
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Video
Wat betekent 'prioriteiten stellen'?
Slide 22 - Open question
Wat is een incidentele uitgave?
A
kapper
B
supermarkt
C
fietsreparatie
D
hypotheek
Slide 23 - Quiz
Vaste lasten
A
Zijn alleen per maand
B
Zijn alleen per kwartaal
C
Zijn alleen per halfjaar
D
Kunnen per maand, kwartaal en halfjaar zijn
Slide 24 - Quiz
Wat zijn GEEN vaste lasten?
A
brood kopen bij de bakker
B
telefoonabonnement
C
lidmaatschap voetbal
D
huur
Slide 25 - Quiz
een budgetplan is:
A
overzicht van inkomsten en uitgaven
B
overzicht van de verwachte inkomsten en uitgaven
C
overzicht wat je gaat uitgeven
D
overzicht wat je inkomsten zijn
Slide 26 - Quiz
Dagelijkse uitgaven doe je
A
wekelijks
B
voor de dagelijkse gang van zaken in je gezin
C
dagelijks
D
als je daar zin in hebt
Slide 27 - Quiz
Incidentele uitgaven
A
grote uitgaven en tegenvallers
B
budget
C
huur, gas en licht
D
reserveren
Slide 28 - Quiz
opdrachten maken
Slide 29 - Slide
Huiswerk
Maken opdrachten paragraaf 3
Lees de theorie
Maak de opdrachten
Slide 30 - Slide
Wat heb je geleerd?
Slide 31 - Slide
More lessons like this
Paragraaf 3 Het budgetplan
July 2024
- Lesson with
24 slides
Economie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
2.4 Leren budgetteren
August 2018
- Lesson with
45 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Eieren voor je geld
2.4 Leren budgetteren
August 2018
- Lesson with
47 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Eieren voor je geld
Herhaalles H2
September 2024
- Lesson with
20 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
3.3 Geld lenen kost geld
October 2018
- Lesson with
31 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Eieren voor je geld
Les 3 Lenen en sparen
February 2022
- Lesson with
27 slides
Economie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 2,3
1.3 Budgetteren moet je leren
August 2018
- Lesson with
48 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
Eieren voor je geld
3GT Max editie > H3 geld over en te kort - Budgetteren
October 2023
- Lesson with
14 slides
Economie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3