EC3_Import en export

EC 3_Import en Export
1 / 15
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

EC 3_Import en Export

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Ik weet wat importeren en exporteren is.
  • Ik weet waarom Nederland producten importeert en exporteert.
  • Ik weet wat wederuitvoer is en waarom Nederland dit doet.
  • Ik kan de invoerwaarde en uitvoerwaarde uitrekenen.
  • Ik weet wat een betalingsbalans is en kan uitrekenen of dit negatief of positief is.

Slide 2 - Slide

Exporteren:
Goederen en diensten aan het buitenland leveren.

Importeren:
Goederen en diensten uit het buitenland halenE
Wij exporteren meer dan wij importeren. . Dit noemen we een positieve betalingsbalans

Slide 3 - Slide

Jij gaat op vakantie naar Spanje. Word hier iets geïmporteerd of geëxporteerd?

Slide 4 - Open question

Wij exporteren omdat:
  • We hier geld mee verdienen.
  • Dit veel werk creëert  voor Nederland. 

Slide 5 - Slide

Wij importeren omdat: 
  • Omdat het buitenland sommige producten goedkoper kan maken.
  • China kan bijvoorbeeld veel goedkoper telefoons maken dan wij dat hier kunnen
  • Omdat het buitenland sommige producten beter kan maken.
  • Duitsland kan bijvoorbeeld veel betere auto’s maken dan dat wij dit kunnen
  • Omdat sommige grondstoffen hier niet voor komen.
  • Zoals aardolie. Dat halen we uit het Midden Oosten
  • Omdat wij sommige landbouwproducten niet kunnen verbouwen.
  • Wij kunnen bijvoorbeeld geen bananen verbouwen hier, en in Costa Rica kunnen ze dat wel
  • Omdat we graag merken willen uitkiezen.
  • Wij willen graag uit merken kiezen die uit Japan, Amerika, Duitsland enz. komen.

Slide 6 - Slide

Wederuitvoer:
  • Een land koopt goederen in uit het buitenland en verkoopt het daarna door aan een ander land.

Slide 7 - Slide

Invoerwaarde & uitvoerwaarde 
  • Invoerwaarde:
  • De totale waarde van goederen of diensten die worden geïmporteerd
  • Formule: geïmporteerde hoeveelheid x prijs per stuk
  • Uitvoerwaarde:
  • Het totale bedrag dat we aan het exporteren van producten en diensten verdienen
  • Formule: geëxporteerde hoeveelheid x prijs per eenheid

Slide 8 - Slide

Voorbeeldvraag Nederland exporteert in een jaar 752 miljoen kilo kaas voor €5,45 per kilo. Bereken de uitvoerwaarde van kaas. Schrijf het antwoord op in miljoenen, met 1 cijfer achter de komma en vergeet het € niet. (bijvoorbeeld als €4.623,3 miljoen)

Slide 9 - Open question

Uitwerking voorbeeldvraag
  • Nederland exporteert in een jaar 752 miljoen kilo kaas voor €5,45 per kilo. Bereken de uitvoerwaarde van kaas.
  • Formule: geëxporteerde hoeveelheid x prijs per eenheid
  • 752.000.000 x 5,45=4.098.400.000  (op de toets mag je het gewoon zo opschrijven)
  • maar omdat het in miljoenen moet worden opgeschreven moeten we zes nullen weghalen, om het op te kunnen schrijven als €4.098,4 miljoen. (zes getallen voor de komma zijn verdwenen) .
  • of 
  • 752 x 5,45=€4.098,4 miljoen
  • Omdat het aantal kilo kaas al in miljoenen staat kun je gewoon dat woordje weghalen, de getallen in je rekenmachine zetten en dan achter je antwoord weer miljoenen schrijven. 

Slide 10 - Slide

Betalingsbalans

Slide 11 - Slide

Betalingsbalans
Je moet via de betalingsbalans uit kunnen rekenen of er een tekort of overschot is op de betalingsbalans.
Is er op dit plaatje een tekort of overschot?
Een overschot van zo'n 40 miljard
We krijgen meer geld van export dan dat we uitgeven aan import
Formule= Exportwaarde - importwaarde

Slide 12 - Slide

In een jaar exporteert Nederland €542,4 miljard. De import was dat jaar €513,8 miljard. Bereken of er een tekort of een overschot? Schrijf het antwoord op in miljarden, met 1 cijfer achter de komma en vergeet het € niet. (bijvoorbeeld als -€63,3 miljard tekort)

Slide 13 - Open question

Filmpje import en export
We gaan een filmpje kijken waarin we zien waarom Europa bang is voor import van een bepaalde elektrische auto. 

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video