What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Oefenen Cito rekenen E7
Oefenen toets
1 / 17
next
Slide 1:
Slide
Rekenen
Basisschool
Groep 7
This lesson contains
17 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Oefenen toets
Slide 1 - Slide
In de winter van 2015 komen er
587 632
mensen naar een speeltuin. In 2016 zijn dit
121 121
mensen. Hoeveel mensen kwamen er in 2015 meer?
A
466 511
B
708 753
C
466 611
D
708 653
Slide 2 - Quiz
Bij een onderzoek deden 1000 mensen mee.
Uit dit onderzoek bleek dat 1/4 van de proefpersonen te weinig nachtrust heeft. Hoeveel mensen waren dat?
Slide 3 - Open question
Ik heb 50 munten van 0,20 Eurocent. Hoeveel Euro heb ik dan?
A
1 Euro
B
10 Euro
C
100 Euro
D
1000 Euro
Slide 4 - Quiz
Henk bezorgt elke week 203 kranten.
Hoeveel kranten bezorgt hij in 4 weken?
A
812 kranten
B
802 kranten
C
822 kranten
D
832 kranten
Slide 5 - Quiz
Jan vertrek om 10.00 uur met het vliegtuig naar Amerika.
Hij komt de volgende dag om 10.00 uur aan. Hoe lang heeft hij gevlogen?
A
48 uur
B
10 uur
C
12 uur
D
24 uur
Slide 6 - Quiz
Wat is de uitkomst van deze som? 24000 - 8006
Slide 7 - Open question
Ik maak kersenjam en ik heb 1 kg kersen.
Om jam te maken heb ik maar 750 gram kersen nodig.
Hoeveel gram kersen houd ik over?
A
250 gram
B
500 gram
C
300 gram
D
100 gram
Slide 8 - Quiz
Elise heeft 5 kilo aardbeien in bakjes van 0.25 kilo gedaan. Hoeveel bakjes heeft Elise nu in totaal?
A
15 bakjes
B
10 bakjes
C
2 bakjes
D
20 bakjes
Slide 9 - Quiz
Opa gaat naar een markt en koopt daar 3 zakken aardappels van € 3,95 en 2 zakken appels van € 5,05.
Hoeveel moet hij betalen?
A
€ 21,85
B
€ 22,10
C
€ 19,85
D
€ 21,95
Slide 10 - Quiz
Bij twee supermarkten zijn er aanbiedingen.
Supermarkt 1
heeft 500 gram dropjes voor 5,55 euro
Supermarkt 2
kost 100 gram dropjes 1,02 euro.
Welke supermarkt is het goedkoopst?
A
Supermarkt 1
B
Supermarkt 2
Slide 11 - Quiz
Marloes rekent met behulp van haar rekenmachine de som
45,67 : 9 = ... uit.
(niet raden maar de som maken)
In haar schrift schrijft ze het antwoord 5074. Dat is fout. Later ziet ze dat ze de komma is vergeten te zetten. Wat is het goede antwoord?
A
0,5074
B
5,074
C
50,74
D
507,4
Slide 12 - Quiz
Hoe schrijf je achtduizend vierhonderdachtenzestig in cijfers
A
8,0468
B
8.000.468
C
800.468
D
8.468
Slide 13 - Quiz
4 van de 5 kinderen eet gezond. Hoeveel procent van de kinderen eet gezond?
A
80%
B
50%
C
25%
D
10%
Slide 14 - Quiz
4 van de 5 kinderen eet gezond. Hoeveel procent van de kinderen eet gezond?
A
80%
B
50%
C
25%
D
10%
Slide 15 - Quiz
A
0,2
B
0,4
C
0,6
D
0,8
Slide 16 - Quiz
NOG TIJD OVER? WERK AAN JE LEERDOELEN
Slide 17 - Slide
More lessons like this
Oefenen Cito rekenen E7
June 2023
- Lesson with
18 slides
Rekenen
Basisschool
Groep 7
Oefenen Cito rekenen M7
November 2018
- Lesson with
11 slides
Rekenen
Basisschool
Groep 7
Oefenen Cito rekenen M7
January 2023
- Lesson with
12 slides
Rekenen
Basisschool
Groep 7
Verhaalsommen drop
March 2021
- Lesson with
14 slides
Rekenen
Basisschool
Groep 3
Hoofdstuk 1&2 - de krantenwijk/ kaartjes kopen
October 2024
- Lesson with
40 slides
Rekenen
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
Hoofdstuk 1&2 - de krantenwijk/ kaartjes kopen
September 2023
- Lesson with
28 slides
Rekenen
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
Verhaaltjes sommen
April 2022
- Lesson with
45 slides
Rekenen
Basisschool
Groep 8
Oefenvragen Voeding Les 2
June 2020
- Lesson with
33 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 2