Comparisons

Comparisons

1 / 25
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Comparisons

Slide 1 - Slide

Wat zijn trappen van vergelijking? Geef een voorbeeld.

Slide 2 - Mind map


'She is the funniest girl I know.'
Bij comparisons, vergelijk je altijd dit soort woorden: 
A
zelfstandige naamwoorden (nouns)
B
bijvoeglijke naamwoorden (adjectives)
C
werkwoorden

Slide 3 - Quiz

Find the mistake!

Slide 4 - Slide

Vergrotende + overtreffende trap
klein - kleiner - kleinst(e)
small - smaller - smallest

groot - groter - grootst(e)
big - bigger - biggest

aardig - aardiger - aardigst(e)
nice - nicer - nicest

Comparative +

Superlative

Slide 5 - Slide

Let op! Woorden die eindigen op een 

medeklinker + Y! 

Slide 6 - Slide

Let op!
good - better - best

bad - worse - worst

far- further - furthest

little - less - least





Slide 7 - Slide

Vergrotende trap:
+ER

Vaak wordt het woord gevolgd door THAN

Frank is taller than Rob.

The boys are faster than us.


Overtreffende trap:
+EST

Altijd komt er voor het woord THE te staan

Rob is the tallest boy I know.

That is the fastest car ever.

Slide 8 - Slide

Wat gebeurt er bij langere woorden van 2 of meer lettergrepen?

Slide 9 - Mind map

Woorden van 2 of meer lettergrepen
krijgen GEEN -er of -est erna,
maar MORE of MOST ervoor!

I am smaller than Frank, but he is more intelligent than I am.

Jason is the sweetest baby I know, Jasmin is 
the most beautiful baby though.


Slide 10 - Slide


Hoeveel lettergrepen heeft het woord:
'yellow'
A
1
B
2
C
3

Slide 11 - Quiz


Hoeveel lettergrepen heeft het woord:
'blue'
A
1
B
2
C
3

Slide 12 - Quiz


Hoeveel lettergrepen heeft het woord:
'nice'
A
1
B
2
C
3

Slide 13 - Quiz


Hoeveel lettergrepen heeft het woord:
'boring'
A
1
B
2
C
3

Slide 14 - Quiz


Hoeveel lettergrepen heeft het woord:
'intelligent'
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 15 - Quiz


Hoeveel lettergrepen heeft het woord:
'popular'
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide


My sister has a ___ room than I have.
A
big
B
bigger
C
biggest
D
more bigger

Slide 19 - Quiz


This car is ___ than my brother's car.
A
safe
B
safer
C
safest
D
more safe

Slide 20 - Quiz


It is _____ than ever to find good football players.
A
more difficult
B
difficulter
C
most difficult
D
difficultest

Slide 21 - Quiz


 Freddie Mercury was the ___ singer ever.
A
great
B
greater
C
greatest
D
most great

Slide 22 - Quiz


The weather today is even ___
than yesterday.
A
badder
B
baddest
C
worse
D
worst

Slide 23 - Quiz


The English test was _________ than the French test. 
A
more easy
B
more easyer
C
easyer
D
easier

Slide 24 - Quiz


Mr Prins is the ___ Mr Prins ever!
A
good
B
goodest
C
better
D
best

Slide 25 - Quiz