Bij een zaadlozing verlaten 50 tot 150 miljoen zaadcellen het lichaam.
1. De zaadleiders vervoeren de zaadcellen vanuit de bijballen richting de prostaat.
2. De zaadblaasjes voegen vocht en voedingsstoffen toe aan de zaadcellen.
3. De prostaat voegt ook vocht toe aan de zaadcellen (nu heet het sperma)
4. Vanuit de prostaat gaat de sperma de urinebuis in.
5. Het sperma komt via de eikel uit de penis.
Door het vocht kunnen de zaadcellen goed bewegen.