als de opdracht/werkstuk voor deze les klaar is:
- Waar gaat het over:
-Waarom wil je ze bewaren? omdat..... ik vind dat het goed gelukt is.
ik deze vaardigheid goed heb kunnen oefenen.
ik trots ben op het resultaat.
- vaardigheden :ik heb een uitslag getekend op ruitjespapier
-ik kan zelfstandig knippen met de hefboomschaar
-ik kan zelfstandig gaatjes boren met de kolomboormachine
-Ik klem mijn werkstuk zelfstandig in de bankschroef klemmen
-ik kan de bramen wegvijlen
-ik kan zelfstandig plaatmateriaal onder een hoek zetten...