This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
H9.1 Communicatie
Gaan verder met H9.1
Praktische opdracht
Slide 1 - Slide
Wat is communicatie?
Slide 2 - Mind map
Zender of ontvanger? Jij geeft een optreden.
A
Zender
B
Ontvanger
Slide 3 - Quiz
Wat valt er onder verbale communicatie?
A
praten
B
boek lezen
C
lichaamshouding
D
kleding
Slide 4 - Quiz
Verbaal of non-verbaal? Communiceren via gebarentaal.
A
Verbaal
B
Non-verbaal
Slide 5 - Quiz
Wat is telecommunicatie?
A
Communicatie via de televisie
B
Communicatie over kleine afstand.
C
Communicatie over grote afstand
D
Alle antwoorden zijn goed.
Slide 6 - Quiz
Telecommunicatie
Tele = ver
Telecommunicatie betekent dan ook over een verre afstand communiceren.
Slide 7 - Slide
Wat is geen telecommunicatie?
A
een gesprek over de telefoon
B
met vlaggen seinen
C
rooksignalen
D
gesprek met een persoon aan tafel
Slide 8 - Quiz
Hoe werkt telefonie?
Wat gebeurt er als je belt ?
Doordat je praat (trillende stembanden) in de hoorn (invoer) zet de telefoon je stem (de boodschap) over in een soort elektrisch signaal. Dit signaal wordt door telefoonlijn naar degene gestuurd met wie je belt. In het toestel van de andere wordt het elektrische signaal weer over gezet in je stem. (uitvoer)
Dit noemen ze een communicatiesysteem.
Slide 9 - Slide
B2: Hoe komt informatie bij je thuis?
De informatie komt via glasvezelkabels bij jullie in huis. Deze kabels kunnen de informatie verzenden op een hele snelle manier. Ze zijn heel dun, soepel en breken niet snel.
Slide 10 - Slide
K2: Verschil tussen analoog en digitaal
Bij analoog signaal wordt het geluid als een vloeiende lijn opgeslagen en verzonden. Hierdoor ontstaat ruis.
Bij digitaal signaal wordt het analoge signaal omgezet in computertaal (1 of 0). Hierdoor krijg je geen ruis.
Slide 11 - Slide
B2: Huiswerk
Theorieopdracht: Lees blz. 126 t/m 128
Maak opdr. 16 t/m 21
Praktijkopdracht: Zorg dat je voor vandaag stap 1 en 2 hebt gedaan van de opdracht: "Brug en Stoplicht"
Slide 12 - Slide
K2: Huiswerk
Theorieopdracht: Lees blz. 62
Maak opdr. 17 t/m 27 (blz. 105 t/m 107)
Praktijkopdracht: Zorg dat je voor vandaag stap 1 en 2 hebt gedaan van de opdracht: "Brug en Stoplicht"