Taak 3 Artikel schrijven

 Artikel schrijven
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

 Artikel schrijven

Slide 1 - Slide

Lesplanning

  • Het schrijven van een artikel

Slide 2 - Slide

Wat is juist geschreven?
A
Geachte Heer/Mevrouw,
B
Geachte heer/mevrouw,

Slide 3 - Quiz

Wat is juist geschreven?
A
Na aanleiding van
B
Naar aanleiding van

Slide 4 - Quiz

Wat is juist geschreven?
A
Ik schrijf deze brief, omdat ik een klacht heb.
B
Ik schrijf deze brief omdat, ik een klacht heb.

Slide 5 - Quiz

Een artikel schrijven

Slide 6 - Slide

Wat weet je over een artikel?

Slide 7 - Mind map

Doel artikel
  • Informatie geven over een bepaald onderwerp.
  • De tekst bevat vooral feiten en het is belangrijk dat je kan controleren waar de informatie vandaan komt.

Voorbeelden van artikelen zijn:
  • Een verslag van een festival in de krant of op een nieuwssite
  • Een tekst over games in een (online) magazine

Slide 8 - Slide

Opbouw artikel
  • Plaats boven je artikel een passende titel
  • In de inleiding staat de aanleiding van je artikel: waarom je het artikel schrijft
  • In het middenstuk (kern) staat de meeste informatie (wat, waarom, waarover..)
  • In het slot staat wat je hoopt te bereiken met het artikel
  • Zet je naam onder het artikel

Al deze onderdelen zijn losse alinea's!

Slide 9 - Slide

Schrijven in fasen

Als je een langere tekst schrijft, zoals een artikel dan is het handig om vooraf een plan te hebben.

Slide 10 - Slide

Een lange tekst schrijven, hoe pak jij dat aan?

Slide 11 - Open question

Maak een schrijfplan
  • Bepaal het onderwerp
  • Bepaal je schrijfdoel
  • Bepaal je doelgroep (en informeel of formeel)
  • Bepaal de volgorde van de deelonderwerpen of argumenten (zorg dat de verplichte inhoud is verwerkt in het schrijfschema)
  • Bepaal de opbouw (inleiding, kern en slot)

Slide 12 - Slide

Voorbeeld schrijfplan
  • Bepaal het onderwerp
  • Bepaal je schrijfdoel
  • Bepaal je doelgroep (en informeel of formeel)
  • Verzamel informatie
  • Bepaal de volgorde van de deelonderwerpen of argumenten
  • Bepaal de opbouw: (inleiding, kern en slot)

Slide 13 - Slide

Aan de slag

Slide 14 - Slide