2.6 weefsel + 2.7 eencellige organismen

2.6 weefsel
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with text slides.

Items in this lesson

2.6 weefsel

Slide 1 - Slide

lesdoel

Slide 2 - Slide

Organen en weefsels

Slide 3 - Slide

Weefsel
Een groep cellen met dezelfde vorm en functie noem je een weefsel.
Organen zijn opgebouwd uit weefsels

Slide 4 - Slide

Dierenrijk
Organen bestaan uit weefsel.
Voorbeelden van weefsel zijn:
beenweefsel, spierweefsel en 
zenuwweefsel.

Slide 5 - Slide

weefsels dier
een groep cellen die ongeveer dezelfde functies hebben en vorm noem je weefsels.

in ons lichaam zitten verschillende weefsel.

Slide 6 - Slide

Typen weefsel
tussencelstof

Slide 7 - Slide

Weefsels van planten
Ook de organen van planten bestaan uit weefsels. 

De bovenkant en onderkant van het blad bestaan uit één laag cellen. Dit weefsel heet de opperhuid

Tussen de opperhuidcellen liggen huidmondjes

Slide 8 - Slide

Weefsels

Slide 9 - Slide

lesdoel

Slide 10 - Slide

Eencellige organismen






Via het celmembraan

Slide 11 - Slide

Amoebe
Een amoebe heeft een celmembraan en een celkern. Het is een  eencellig organisme.

De amoebe beweegt door het cytoplasma te verplaatsen in zijn schijnvoetje. De inhoud van de amoebe kan zich zo verplaatsen.

Slide 12 - Slide

Pantoffeldiertje
Op het celmembraan --> trilhaartjes
In water --> golf bewegingen --> verplaatsen



Trilhaartjes --> voedsel naar celmond --> voedselvacuole
Verteerde stoffen --> opgenomen in het cytoplasma
Onverteerde stoffen --> via de celanus eruit

Slide 13 - Slide

leerdoelen.
-Je moet kenmerken kunnen noemen van de amoebe en het pantoffeldiertje

Slide 14 - Slide

Pantoffeldiertje
  • Voortbeweging: Trilharen
  • Eten: Celmond
  • Vertering: Voedingsvacuole

Slide 15 - Slide

https://schooltv.nl/video/het-pantoffeldiertje-leven-in-een-vieze-sloot/#q=pantoffeldiertj
Pantoffeldiertje

Slide 16 - Slide

pantoffeldiertje
ook het pantoffeldiertje heeft een celmembraam en een celkern. dit is ook een eencellige dier.

aan de buitenkant van het pantoffeldiertje zitten trilharen. Deze trillen door de vloeistof heen en zo beweegt hij.

Slide 17 - Slide

Huiswerk
Lezen: blz 116 en 117
Maak van bs 2.6 opdrachten: 1,2,3,4,5 

Lezen: blz 120 t/m 122
Maak van bs 2.7 opdrachten: 1,2



Slide 18 - Slide