5.1 Tegenstellingen in Nigeria

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1-6

1.2 Tegenstellingen in Nigeria

Lesdoel(en)

Aan het einde van deze paragraaf kan je:

(1) de verschillen in landschap, bevolkingsgroepen en welvaart   
      in Nigeria  benoemen;

(2) verklaren en waarom er regelmatig conflicten zijn
       in Nigeria;

1. Landschap en klimaat

Steppe

Savanne

Tropisch regenwoud

Mangrove

Droog

Nat

Seizoenen

De stand van de aarde t.o.v. de zon bepaalt de seizoenen 

Moesson in januari
intertropische convergentiezone (ITCZ): tropisch minimum (lagedruk gebied)

Moesson in juli
intertropische convergentiezone (ITCZ): tropisch minimum (lagedruk gebied)

Steppe

Savanne

Tropisch regenwoud

Mangrove

Droog

Nat

Landschappen

Landschap en
landbouw

Niet elk landschap is geschikt voor landbouw. 

Welke wel?

• Mangrove                              ? 
• Tropisch regenwoud        ? 
• Savanne                                 ?
• Steppe                                    ?
  
   
  
  
  

Steppe

Savanne

Tropisch regenwoud

Mangrove

Noem de verschillende landschap van zuid naar noord op. Schrijf achter de landschappen een + (geschikt voor landbouw) of een - (niet geschikt voor landbouw).

Atlaskaarten

Werkzaamheden

•  Lees de theorie van paragraaf 1.2
• Maak van deze paragraaf opdracht 1 /m 5
• Ben je klaar? Maak alvast 6 t/m 9

2. Bevolkingsspreiding

Bevolking

• Het land in Afrika met de 
    grootste bevolking. 
  
  
  
  
• Ongelijke 
    bevolkingsspreiding

Etnische verschillen

• multiculturele samenleving;
  
  
• Vroeger kolonie bracht
    verschillende groepen samen in
    één land;
  
  
• Deelstaten met zelfbestuur i.v.m.   grote verschillen tussen groepen;

3. Welvaart

BNP = Bruto National Product

Het geld dat alle inwoners in een land per jaar samen verdienen. 

 

Let op!

BNP per inwoner: Het gemiddeld inkomen per inwoner per jaar! Hiermee zie je de sociale ongelijkheid en regionale verschillen.

Conflicten (welke oorzaken)?

Conflicten

• Macht: etnische minderheden worden gediscrimineerd.
  
• Natuurlijke hulpbronnen (olie).
  
• Religieuze groepen
  
• Regionale ongelijkheid: mensen in armere gebieden voelen zich achtergesteld. 

Bij welke aardrijkskundige dimensie horen landschappen en landbouw

1. Fysisch
2. Sociaal-cultureel
3. Economisch
4. Politiek

Bij welke aardrijkskundige dimensie hoort bevolking?

1. Politiek
2. Sociaal-cultureel
3. Demografisch
4. Fysisch

Bij welke aardrijkskundige dimensie horen conflicten?

1. Fysisch
2. Sociaal-cultureel
3. Demografisch
4. Politiek

Bij welke aardrijkskundige dimensie horen etnische verschillen?

1. Fysisch
2. Sociaal-cultureel
3. Demografisch
4. Politiek

Werkzaamheden

• Lees de theorie van paragraaf 1.2
• Maak alle opdrachten van deze paragraaf