Hoofdstuk 3 Politieke Revoluties Deel 1 ENDA & ZIJL

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Hoofdstuk 3 Politieke Revoluties

H3 Tijd van Pruiken en Revoluties

Even eerlijk zijn: . . . .

•  Wat weet je er nog van ?
• Is datgene wat je denkt te weten 'historisch verantwoord'?
• Wat denk je te weten van  'politiek' ?


• Wat denk je te weten over de huidige stand van zaken?
• Wat heeft dit hoofdstuk denk je met 'nu' te maken?

Schrijf in steekwoorden op wat je denkt te weten van de 18e eeuw (hint, hint, hint, . . . kijken dus !)

Leer- & lesdoelen

•  Je kunt een beschrijving geven van de 'standenmaatschappij' tijdens het 'ancien régime'
• Je kunt uitleggen dat er tijdens de periode van 'Verlichting' een nieuwe manier van denken ontstaat die doorwerkt tot op de dag van vandaag

De standenmaatschappij

•  In Frankrijk drie groepen: 'KEN JE PLAATS !' 
• 1e Geestelijkheid (Clergé): bidden voor iedereen
• 2e Adel (Noblesse): land verdedigen + koning helpen bij bestuur
• 3e stand (paysans, later "bourgeoisie"): zorgt voor voedselvoorziening en 'herendiensten' 

• 1e + 2e stand = kleine groep met privileges (voorrechten)

Société de classe

• Ancien Régime:  koning absolute macht + sommige groepen (standen) speciale voorrechten. 
• De derde stand in de 18e eeuw ontevreden over de standensamenleving:
• Boeren/arbeiders houden bijna geen geld over
• De rijkere burgers in de stad hebben geen inspraak in bestuur

Beantwoord de volgende vragen + schrijf je antwoorden op

• Lees: hoofdstuk 3, paragraaf 1: 'Verlicht denken' op pag. 124
  

1. Hoe komen mensen tijdens de wetenschappelijke revolutie aan nieuwe kennis? 
2. Wat wordt er hier bedoeld met 'verlichting' ? 
3. Hoe denkt men in de middeleeuwen over natuurrampen en hoe denkt men hier over vanaf de wetenschappelijke revolutie? 
4. Noem drie zaken die verlichte denkers belangrijk vinden 
5. Wat is 'tolerantie'? 

Au travail (aan de slag) !

H3

Par. 1: " de Verlichting "

Opdracht 1 t/m 7 

Hoofdstuk 3 gaat over de ...?... eeuw

1. 16e
2. 17e
3. 18e
4. 19e

De 18e eeuw loopt van

1. 1801-1900
2. 1701-1800

In Frankrijk is dan een 'société par actions' met drie standen

1. Juist
2. Onjuist

Leden van de "belangrijkste" stand noemen we...

1. Geestelijkheid (le Clergé)
2. Adel (Noblesse)
3. Boeren (Paysans)
4. Bourgeoisie

De eerste en de tweede stand samen zijn groter dan de derde stand

1. Juist
2. Onjuist

Omdat de derde stand het grootst was hebben zij alle privileges

1. Juist
2. Onjuist

Wie zijn ontevreden over de standensamenleving?

1. 1e stand
2. 2e stand
3. 3e stand
4. 4e stand

Welk begrip past bij de omschrijving: "manier van denken waarin geloof en traditie plaatsmaken voor logisch en verstandelijk redeneren"

1. Ancien Regime
2. Privilege
3. Verlichting
4. Tolerantie

Verlichte denkers geloven wat de kerk vertelt

1. Juist
2. Onjuist

Verlichte denkers vinden scholing, discussie en logisch nadenken belangrijk

1. juist
2. onjuist

Verlicht denken

• Wetenschappelijke inzichten zorgen voor 'revolutie' in het denken over de wereld en maatschappijstructuren. 17e eeuw: Logisch nadenken + experimenteren --> nieuwe kennis
• Verlichting: manier van denken waarbij men m.b.v. het verstand de wereld verbetert
• Verlichte denkers: kritisch nadenken, onderwijs en discussie belangrijk. Religieuze tolerantie onontbeerlijk. 

Hoe ontstaan natuurrampen?

Ten tijde van de periode vóór wetenschappelijke revolutie: 

• God zit in de hemel en houdt iedereen in de gaten. En straft de mensen wanneer nodig (Corona bijvoorbeeld)

Verlichting:

• Dit = 'bijgeloof'. Logische verklaringen voor onweer, natuurverschijnselen, ziekten en rampen

R e s u m é

1.- Schrijf voor jezelf in je aantekeningenschrift op wat je denkt te hebben geleerd tijdens deze les

2.- Schrijf op wat je naar je gevoel nog niet zo goed begrijpt