V4A - 08-02-2021

WELCOME!
1 / 31
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

WELCOME!

Slide 1 - Slide

TODAY
  • Check homework: reading assignment + exercise 5
  • Start studying new grammar
  • Practise

Slide 2 - Slide

Exercise 5
1. many
2. a lot of - (a) few
3. little/lot of - few/lot of
4. many
5. many - little
6. a lot of
7. much
8. much
9. a lot of // little
10. few

Slide 3 - Slide

Exercise 5
11. little
12. few - a lot of
13. few
14. little
15. few - little/lot

Slide 4 - Slide

READING SKILLS - TEXT 1
1. Tekst 1 gaat over UGG, een schoenenmerk. Wat voor soort tekst is dit?
A. een consumentenbeoordeling
B. een folder met productinformatie
C. een garantiebewijs
D. een reclameaanbieding

Slide 5 - Slide

READING SKILLS - TEXT 2
2. Geef van elke van de volgende acties aan of deze volgens de tekst onderdeel is van het plan om het nijlpaard te bevrijden.
1. het nijlpaard lokken met andere dieren uit de kudde: NIET
2. het nijlpaard met voedsel rustig houden: NIET
3. het nijlpaard verdoven: WEL
4. het zwembad bijvullen: NIET

Slide 6 - Slide

COUNTABLES & UNCOUNTABLES

Slide 7 - Slide

COUNTABLES & UNCOUNTABLES
Zelfstandige naamwoorden (nouns) kunnen verdeeld worden in 2 groepen: countables en uncountables.

De meeste countables zijn woorden voor dingen die je kunt tellen, zoals 'books', 'cars' of 'students', een countable kun je in het enkelvoud of meervoud zetten.

Slide 8 - Slide

COUNTABLES & UNCOUNTABLES
Zelfstandige naamwoorden (nouns) kunnen verdeeld worden in 2 groepen: countables en uncountables.

De meeste uncountables zijn woorden voor dingen die je eigenlijk niet kunt tellen, zoals 'water', 'milk' of 'money'.

Slide 9 - Slide

COUNTABLES
  1. meervoud
  2. onregelmatige meervouden
  3. enkelvoud en meervoud gelijk

Slide 10 - Slide

Het meervoud van 'countable noun' eindigt meestal op een ...

Slide 11 - Open question

COUNTABLES 1: MEERVOUD
Het meervoud van een 'countable noun' eindigt meestal op '(e)s'

  • computer > computers
  • book > books
  • bus > buses/busses

Slide 12 - Slide

COUNTABLES 2: ONREG. MV
Bij sommige 'countable nouns' wijkt de meervoudsvorm af van de regel. Deze is onregelmatig.
  • medeklinker + y > ies (denk aan: lady, ladies - baby, babies)
  • -f(e) > ves (denk aan wife, wives - thief, thieves)
  • medeklinker + o > oes (denk aan: echo, echoes)
  • En overige meervoudsvormen die je moet leren.

Slide 13 - Slide

COUNTABLES 2: ONREG. MV
lady
ladies
goose
geese
half
halves
mouse
mice
shelf
shelves
louse
lice
crisis
crises
potato
potatoes
basis
bases
hero
heroes
foot
feet
(wo)man
(wo)men
tooth
teeth
child
children

Slide 14 - Slide

COUNTABLES 2: ONREG. MV
Maar let op!
  • piano > pianos
  • photo > photos
  • studio > studios
  • euro > euros
  • German > Germans

Slide 15 - Slide

COUNTABLES 3: EV = MV
De volgende 'nouns' kunnen ENKELVOUD of MEERVOUD zijn.
sheep
schaap
schapen
deer
hert
herten
aircraft
vliegtuig
vliegtuig
means
middel
middelen
barracks
kazerne
kazerne

Slide 16 - Slide

COUNTABLES 3: EV = MV
De volgende 'nouns' kunnen ENKELVOUD of MEERVOUD zijn.
headquarters
hoofdkwartier
series
serie
series
works
fabriek
fabrieken
Chinese
Chinees
Chinezen
Japanese
Japanner
Japanners

Slide 17 - Slide

COUNTABLES 3: EV = MV
De volgende 'nouns' kunnen ENKELVOUD of MEERVOUD zijn.




Deze moet je dus uit je hoofd leren
Portuguese
Portugees
Portugezen
Swiss
Zwitser
Zwitser

Slide 18 - Slide

COUNTABLES 3: EV = MV
Voorbeelden:
  • The sheep is/are grazing in the pasture.
  • Our headquarters is in London.
  • The barracks is/are near our home.
  • These Chinese work hard.
  • Those Swiss like cheese.
ev
mv
hier
this
these
daar
that
those

Slide 19 - Slide

LET'S PRACTISE
We'll do exercise 1 on p.32 together in LessonUp

Zet de woorden tussen haakjes in het meervoud.

Slide 20 - Slide

1. Those (woman) and (child) often go to the market.

Slide 21 - Open question

2. They buy (tomato) and (potato) there.

Slide 22 - Open question

3. The (fan) went to the (match) in (bus)

Slide 23 - Open question

4. There were many (policeman) because these (fan) sometimes carry (knife).

Slide 24 - Open question

5. (Aircraft) are also called (plane).

Slide 25 - Open question

6. The (secretary) told us that their (boss) were having a meeting.

Slide 26 - Open question

7. The (wife) of our (friend) like (goose) and (sheep).

Slide 27 - Open question

8. But these (lady) don't like (mouse) and (snake).

Slide 28 - Open question

9. In autumn the (leaf) fall from the (tree).

Slide 29 - Open question

10. The (postman) had walked all day; their (foot) hurt.

Slide 30 - Open question

NEXT LESSON
uncountable nouns

for now: read text 5

Slide 31 - Slide