1kgt - les 14 Werkwoorden H1 + Taalweetjes

Welkom


Nederlands
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Welkom


Nederlands

Slide 1 - Slide

Welkom
- Telefoon weg
- Jas weg
- Geen eten en drinken
- Leesboek op tafel
- Chromebook/Lesboek + papier + pen
timer
3:00

Slide 2 - Slide

Terugblik
- Lezen H4
Inleiding, middenstuk, slot

- Fictie
Oefenen met een 'toets'

Slide 3 - Slide

Doelen
Lezen 
verhaal zie Classroom

Taalverzorging H1
Werkwoorden

Taalweetjes
H3 + H4



Slide 4 - Slide

Lezen zie verhaal in Classroom
timer
10:00

Slide 5 - Slide

Een ongelukkige tijd
Waar ging dit verhaal over?
Wie was de hoofdpersoon?

Hoe zou het verhaal aflopen?

Slide 6 - Slide

Doelen
Lezen 
verhaal zie Classroom

Taalverzorging H3
Werkwoorden

Taalweetjes
H3 + H4



Slide 7 - Slide

Taalverzorging H1: Werkwoorden
De woorden van een zin kun je indelen in woordsoorten. Een van de woordsoorten is het werkwoord (ww). 

Een werkwoord zegt wat iets of iemand doet of wat er gebeurt. In een zin staat ten minste één werkwoord. Er zijn ook zinnen met meerdere werkwoorden.

Slide 8 - Slide

Werkwoorden (H1)
Zo herken je een werkwoord
Een werkwoord kun je vervoegen. 
Je geeft het dan verschillende werkwoordsvormen:
- winnen: win, wint, winnen, gewonnen.
- maken: maak, maakt, maken, gemaakt.


Slide 9 - Slide

Werkwoorden (H1)
- winnen: De hoogspringer wint de gouden plak.

- drinken: Ik dronk vanmorgen voor het eerst een kop koffie.
- maken: Mischa heeft een vogelhuisje gemaakt.
- lachen: Ik moest lachen om de grappen van mijn vriend.
Er zijn ook werkwoorden met een onduidelijke betekenis, zoals hebben, zullen, kunnen, worden of zijn.
Wat is de PV in deze zinnen?



Slide 10 - Slide

Wat is de PV?
De hoogspringer wint de gouden plak.

Slide 11 - Open question

Wat is de PV?
Mischa heeft een vogelhuisje gemaakt.

Slide 12 - Open question

Wat is de PV?
Ik moest lachen om de grappen van mijn vriend.

Slide 13 - Open question

Wat zijn alle werkwoorden?
Ik moest lachen om de grappen van mijn vriend.

Slide 14 - Open question

Wat zijn alle werkwoorden?
Mischa heeft een vogelhuisje gemaakt

Slide 15 - Open question

H1: Werkwoorden 
Zo herken je een werkwoord
Een werkwoord kun je vervoegen.
Je geeft het dan verschillende werkwoordsvormen:
- winnen: win, wint, winnen, gewonnen.
- maken: maak, maakt, maken, gemaakt.

Maken: 5a, 6c, 7c, 8c, 9b
timer
20:00

Slide 16 - Slide

Doelen
Lezen 
verhaal zie Classroom

Taalverzorging H1
Werkwoorden

Taalweetjes
H3 + H4



Slide 17 - Slide

Taalweetjes H3
Kijk even mee naar de opdrachten.

1. Letterlijk en figuurlijk
2. Matties, doe eens chill vandaag
3. Oeteldonk (In tweetal - Breakoutroom)

Slide 18 - Slide

Taalweetjes H4
Deze opdracht ook in breakoutrooms

Wat zijn leenwoorden?

Slide 19 - Slide

Huiswerk
Boek meenemen
Spelling H1: Persoonsvorm in de tegenwoordige tijd.
5a, 6c, 7c, 8c, 9b
Taalweetjes H3+H4

Slide 20 - Slide