What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Via Vervolg thema 1 sport Belangrijke woorden
Thema 1 Belangrijke woorden
1 / 35
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 3
This lesson contains
35 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
6 videos
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Thema 1 Belangrijke woorden
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Een serie wedstrijden waarin wordt gestreden om het kampioenschap heet..
A
De competitie
B
De conditie
C
De finale
D
De tactiek
Slide 4 - Quiz
Tactiek is.....
A
Het gevoel dat iets anders loopt dan je verwacht.
B
Je inspannen om iets voor elkaar te krijgen.
C
Een trucje.
D
De manier waarop je een doel wilt bereiken.
Slide 5 - Quiz
Iets lange tijd lichamelijk en/of geestelijk kunnen volhouden heet..
A
Mentaal
B
Fysiek
C
Het uithoudingsvermogen
D
Presteren
Slide 6 - Quiz
Het klassement is...
A
De stand van een wedstrijd.
B
De sportkleding die bij een bepaalde sportclub hoort.
C
Een lijst van spelers/teams waarin de beste bovenaan en de slechtste onderaan staat.
D
Een serie wedstrijden waarin wordt gestreden om het kampioenschap.
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Video
aanmoedigen
A
De aandacht op een zaak richten.
B
In de richting van de tegenstander bewegen om die te verslaan.
C
Iemand moed inspreken en steunen.
D
Of je fit bent of niet.
Slide 9 - Quiz
de toeschouwers
A
Iets lange tijd lichamelijk of geestelijk kunnen volhouden.
B
Lichamelijk, wat met je lijf te maken heeft.
C
Het publiek
D
Je inspannen waardoor je iets voor elkaar krijgt.
Slide 10 - Quiz
Nodig
Pen
papiertje
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Video
concentreren
A
Een zere plek of een verwonding.
B
De aanhangers van een bepaalde sportclub.
C
Iets doen wat tegen de spelregels is.
D
De aandacht op een plaats richten en niet laten afleiden.
Slide 13 - Quiz
de blessure
A
Een zere plek of een verwonding.
B
Of je fit bent of niet.
C
De manier waarop je een doel wilt bereiken.
D
Inspanning waardoor je iets voor elkaar krijgt.
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Video
aanvallen
A
Iemand moed inspreken en steunen.
B
In de richting van de tegenstander bewegen om die te verslaan.
C
De aandacht op een zaak richten en niet laten afleiden.
D
De manier waarop je een doel wilt bereiken.
Slide 16 - Quiz
de overtreding
A
Een zere plek of een verwonding
B
De aanhangers van een bepaalde sportclub.
C
Lichamelijk, wat met je lijf te maken heeft.
D
Iets doen wat tegen de spelregels is.
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Video
de teleurstelling
A
Het gevoel dat je hebt als iets niet loopt zoals je had verwacht.
B
Iemand niet meer laten meespelen.
C
Lichamelijk, wat met je lijf te maken heeft.
D
Je inspannen waardoor je iets voor elkaar krijgt,
Slide 19 - Quiz
Slide 20 - Video
het clubtenue
A
Geestelijk, wat met denken en voelen te maken heeft.
B
De sportkleding die bij een bepaalde sportclub hoort.
C
Je inspannen waardoor je iets voor elkaar krijgt.
D
Een zere plek of een verwonding.
Slide 21 - Quiz
Slide 22 - Slide
presteren
A
Iets lange tijd lichamelijk of geestelijk kunnen volhouden.
B
Lichamelijk, wat met je lijf te maken heeft.
C
Het publiek
D
Je inspannen waardoor je iets voor elkaar krijgt.
Slide 23 - Quiz
het uithoudingsvermogen
A
Iets lange tijd lichamelijk of geestelijk kunnen volhouden.
B
Lichamelijk, wat met je lijf te maken heeft.
C
Het publiek
D
Je inspannen waardoor je iets voor elkaar krijgt.
Slide 24 - Quiz
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Thema 1
Belangrijke woorden
Boek
Thema 1 Sport
Belangrijke woorden
hoofdstuk 1
Opdracht 1 t/m5 in je boek
pc
Via Vervolg
Thema 1
Belangrijke woorden
Slide 28 - Slide
Een serie wedstrijden waarin wordt gestreden om het kampioenschap heet..
A
De competitie
B
De conditie
C
De finale
D
De tactiek
Slide 29 - Quiz
Tactiek is.....
A
Het gevoel dat iets anders loopt dan je verwacht.
B
Je inspannen om iets voor elkaar te krijgen.
C
Een trucje.
D
De manier waarop je een doel wilt bereiken.
Slide 30 - Quiz
Iets lange tijd lichamelijk en/of geestelijk kunnen volhouden heet..
A
Mentaal
B
Fysiek
C
Het uithoudingsvermogen
D
Presteren
Slide 31 - Quiz
Het klassement is...
A
De stand van een wedstrijd.
B
De sportkleding die bij een bepaalde sportclub hoort.
C
Een lijst van spelers/teams waarin de beste bovenaan en de slechtste onderaan staat.
D
Een serie wedstrijden waarin wordt gestreden om het kampioenschap.
Slide 32 - Quiz
Slide 33 - Video
aanmoedigen
A
De aandacht op een zaak richten.
B
In de richting van de tegenstander bewegen om die te verslaan.
C
Iemand moed inspreken en steunen.
D
Of je fit bent of niet.
Slide 34 - Quiz
de toeschouwers
A
Iets lange tijd lichamelijk of geestelijk kunnen volhouden.
B
Lichamelijk, wat met je lijf te maken heeft.
C
Het publiek
D
Je inspannen waardoor je iets voor elkaar krijgt.
Slide 35 - Quiz
More lessons like this
Via Vervolg thema 1 sport Belangrijke woorden
September 2022
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 3
Via Vervolg Thema 1 Sport Belangrijke woorden
September 2024
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 3
Via vervolg, thema 1 les 1 belangrijke woorden
August 2023
- Lesson with
31 slides
Engels
Speciaal Onderwijs
Leerroute 2
Thema 1, H1 Belangrijke woorden
June 2021
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 3
Via vervolg, thema 1 les 1 belangrijke woorden
September 2023
- Lesson with
33 slides
Engels
Speciaal Onderwijs
Leerroute 2
Hoofdstuk 1 - Les 1
September 2023
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
Hoofdstuk 1 - Belangrijke woorden
September 2024
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 3
Thema 1 sport
September 2024
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 3,4