This lesson contains 18 slides, with text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Dieetleer
Toets d.mv. beroepsproduct
Weekmenu voor client maken
Slide 1 - Slide
Lesdoelen
Je kunt benoemen welke factoren invloed hebben op gezond gedrag.
Je weet wat een gezonde leefstijl is.
Je weet wat de belangrijkste voedingsstoffen zijn.
Je kunt uitleggen wat een gezonde leefstijl is.
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Introductie
Beantwoord de volgende vragen. Schrijf de antwoorden voor jezelf op.
Waar denk je aan bij gezonde voeding?
Eet je zelf gezond? Zo ja, welke gezonde producten eet je?
Welke ongezonde voeding eet je wel eens? Waarom is dit ongezond?
Slide 4 - Slide
Bespreek samen met je buurman/buurvrouw de antwoorden. Wat zijn overeenkomsten? Welke verschillen zijn er?
Klassikaal terugkoppelen.
Slide 5 - Slide
Voedingsstoffen
Koolhydraten
Eiwitten Vetten
Vitamines en mineralen
Slide 6 - Slide
Koolhydraten
Leveren energie aan de hersenen en rode bloedcellen.
Koolhydraten heb je nodig: lichaam gebruikt anders spiereiwit (afbraak spieren). Ongeveer 40% voeding.
Koolhydraten zitten in graanproducten zoals brood, pasta, rijst, aardappelen en peulvruchten.
Slide 7 - Slide
Vetten
Vet levert energie aan het lichaam, geeft lange tijd een verzadigd gevoel. Vet wordt volledig verteerd door het lichaam.
Verzadigd vet (slagroom, roomboter)
Onverzadigd vet (noten, margarine)
Slide 8 - Slide
Eiwitten
Eiwit levert calorieën en aminozuren. Aminozuren zijn bouwstenen voor het eiwit in lichaamscellen. Een ander woord voor eiwit is proteïne. 0,8 gram per kilo lichaamsgewicht.
Plantaardig: bonen, noten, granen
Dierlijk: vlees, vis, melkproducten
Slide 9 - Slide
Vitamines en mineralen
Met uitzondering van vitamine D en vitamine K kan het lichaam zelf geen vitamines maken.
Mineralen zijn stoffen die in kleine hoeveelheden voorkomen in eten en drinken. Ze leveren geen energie.
Belangrijk voor een goede gezondheid.
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Video
Regels schijf van vijf
Eet gevarieerd. Dan is de kans groter dat je lichaam alle benodigde vitamines en mineralen binnenkrijgt.
Eet niet te veel en beweeg.
Gebruik minder verzadigd vet.
Eet veel groente, fruit en brood.
Ga veilig (hygiënisch) met voedsel om.
Slide 13 - Slide
Gezonde leefstijl
gezonde en gevarieerde voeding
voldoende beweging
voldoende rust en ontspanning
regelmatig leefpatroon
niet roken, beperkt alcoholgebruik en geen drugs
Slide 14 - Slide
Invloed op leefstijl
Genetische factoren
Natuurlijke en sociale omgeving
Psychologische factoren
Schrijf in tweetallen bij iedere factor voorbeelden op.
Klassikaal terugkoppelen.
Slide 15 - Slide
Genetische factoren (chronische ziekten, eetlust)
Natuurlijke en sociale omgeving (woonplaats, gezin)
Psychologische factoren (stress, vermoeidheid)
Slide 16 - Slide
Opdracht
Wat is nu gezonde voeding? Zoek in een tweetal een korte video op internet over gezonde leefstijl/voeding. Waarom hebben jullie gekozen voor deze video? Wat leren we hiervan?