Stomazorg

Stomazorg
1 / 17
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Stomazorg

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

neurologische aandoeningen is een reden om een darmstoma te plaatsen? 
A
Juist
B
onjuist

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

hoe wordt een stoma aan de dunne darm ook wel genoemd?
A
Colostoma
B
Ziekte van Crohn
C
Ileostoma
D
darmstoma

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

een darmstoma kan alleen alleen enkelloops zijn?
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

de ontlasting van de darmstoma is het zelfde als normale ontlasting?
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quiz

Silke en Halima
Wat is de capaciteit van de opvangzakjes bij de urinestoma?
A
200
B
500
C
800
D
1000

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

hoe word het zakje van de urinestoma geleegd

A
Door het opvang zakje onder te dompelen in water
B
Via het kraantje
C
Door een Special Buis
D
Die leeg je met een magneet systeem

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Waarom heeft het opvangzakje van een urinestoma geen Koolstoffilter?

A
omdat er geen Sprake is Van gasvorming
B
omdat deze Fysiek gegeven moet worden
C
omdat het de darm beschadigd
D
een urinestoma heeft WEL een koolstoffilter

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een reden voor lekkage bij een iliostoma?
A
het stomamateriaal past niet goed
B
te harde ontlasting
C
teveel ei gegeten
D
ontlasting en urine is gemixt

Slide 9 - Quiz

Chayenna, Esmee en Jessy
Wat gebeurd er bij pancaking?
A
de ontlasting loopt de stoma in doormiddel van de darmperistaltiek
B
de ontlasting wordt klonterig door kanker in de 12-vingerige darm
C
bij pancaking hoopt de ontlasting zich op het stoma op en blijft ook op het stoma liggen

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Waar heb je kans op als de huid geïrriteerd is?
A
de stoma moet opnieuw gezet worden
B
het roosje trekt zich terug naar binnen
C
5 meter moet van de darm verwijderd worden
D
het opvangmateriaal niet goed op de huid kan bevestigen

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Welke psychosociale uitdaging kunnen mensen met een stoma niet ervaren met betrekking tot hun dagelijkse activiteiten?
A
Emotionele acceptatie en zelfbeeld
B
Financiële problemen en verzekeringskwesties
C
sociaal isolement
D
geen van de bovenstaande.

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Kan stoma tijdens het douchen erop blijven?
A
als het goed vastzet is het geen probleem
B
Zorgvragen niet laten douchen
C
Dan wordt het huid plat geïrriteerd
D
niet door kan de stoma beschadigen

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Waar moet je bij iemand met dunne darmstoma zijn vocht opname opletten?
A
omdat zij hun dikke darm missen en verliezen veel vocht
B
Ze hebben te kort aan zout
C
antwoord A en B zijn juist
D
antwoord A en B zijn onjuist

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Voordeel van een eenmalig systeem
A
het is een plat systeem, waardoor je het bijna niet ziet onder kleding
B
het systeem neemt weinig ruimte in als een zorgvrager de verzorging wil meenemen
C
het wisselen van het zakje duurt minder lang
D
het is goedkoper als een tweedelig systeem

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

waaruit bestaat een tweedelig systeem uit.
A
de huidplaat wordt op de huid geplakt
B
een los opvangzakje waarin de ontlasting of urine in kan worden opgevangen
C
plastic zakje voorin stoma
D
koolfilter

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

welke stoma zakken zijn er?
A
antwoord 1: gesloten zakje, open zakje, openzakje met inviclose
B
antwoord 2: gesloten zakje en open zakje

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions