NN 3B Zw - Boekoriëntatie en lezen - WKF

NN 3BaZw - info boekpresentatie 
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

NN 3BaZw - info boekpresentatie 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welkom!
  • Ga zitten.
  • Pak je spullen: leesboek, lesboek, schrift en pen.
  • Begin aan de startopdracht: schrijf de 2 zinnen op het bord over in je schrift, maar nu mét hoofdletters en leestekens. Ook zit er in iedere zin 1 fout, verbeter deze.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Startopdracht
  • Op je tafel: leesboek, lesboek, schrift en pen.
  • Schrijf onderstaande 2 zinnen over in je schrift, maar nu mét hoofdletters en leestekens. Ook zit er in iedere zin 1 spelfout, verbeter deze.
  1. komend weekent ga ik van de zon genieten
  2. voordat ik naar het strand ga smeer ik mij in met zonnebrandcréme van nivea

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Lesprogramma vandaag
  • Presentatie uitleg 
  • Presentatie indelen
  • Zelf lezen in leesboek
  • Journaal & kijkvragen
  • Uitwisseling in duo's 
  • Oefenen voor de kijk- en luistertoets: quiz
  • Afsluiting

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Presentatie - uitleg en indeling
  • PPT stap voor stap

  •  Indeling: 4-4-2025, 8-4-2025 & 11-4-2025
  • Ondertussen lezen in je leesboek (10 - 15 minuten)

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Journaal
Noteer een vraag over een van de nieuws items waarvan je het antwoord zelf weet.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Uitwisseling in duo's
Bespreek om de beurt samen de titelverklaring van jullie boeken.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Oefenen voor de kijk- en luistertoets: 

Quiz

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Waar of niet waar?
Een persoonlijke brief hoeft niet zo heel goed verzorgd te zijn.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions


WAT DENK JIJ NA 
HET ZIEN VAN DE REACTIES?
Welke van deze beweringen zijn waar?
Als de straal 2
keer zo groot wordt, wordt de omtrek ook 2 
keer zo groot.
Als de omtrek
2 keer zo groot wordt, wordt de oppervlakte 4
keer zo groot.
De oppervlakte van een cirkel = ½ x straal x omtrek.
A.
B.
C.
A
A&B zijn waar
B
B&C zijn waar
C
Alle drie de antwoorden zijn waar
D
Geen van drie zijn waar

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Wat betekent:
in een hokje stoppen?
A
Snel oordelen over iemand
B
iemand complimenten geven

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions


Er is geen woestijn in Europa. Waar of niet waar?
Wat denk jij na het horen van de antwoorden van de anderen?
A
B

Slide 12 - Quiz

Antwoord: Niet waar (De Tabernaswoestijn ligt in Spanje.)
Welk woord hoort op de puntjes?
Een jonge vrouw ... 's nachts geluidsoverlast en belde de politie.
A
Gering
B
Ondervond
C
Passeert

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord hoort op de puntjes?
Ze was erg ... en dacht ze een inbreker hoorde.
A
Alert
B
Gering
C
Gepasseerd

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord hoort op de puntjes?
Een oudere agent met veel ... stelde de vrouw gerust.
A
Passeren
B
Levenservaring
C
Attributen

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Het geluid bleek te komen van een looprad, het nieuwe ... van haar hamster.
A
Gering
B
Alert
C
Attribuut

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wie heeft de code van Showbie al gekregen?
___________
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
werkwoord
D
voorzetsel

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Wie heeft de code van Showbie al gekregen?
____
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
werkwoord
D
voorzetsel

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.
______________
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
voorzetsel

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Ik kijk steeds stiekem op mijn telefoon.
Kijk =
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

'Die gekke bril is van mij.'

'mij' is .....?
A
Een bezittelijk voornaamwoord
B
Een persoonlijk voornaamwoord

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Noem het bezittelijk voornaamwoord.
Wat vond je van mijn doelpunt, Menno?
A
je
B
mijn
C
doelpunt
D
Menno

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Afsluiting
  • Een fijn weekend gewenst straks.
  • Lekker lezen (een halfuur per dag).

Slide 23 - Slide

This item has no instructions