H2 werkwoordspelling: Engelse werkwoorden

Goedemorgen klas 2C

Vandaag...

- stillezen
- Lezen hoofdstuk 1
Goedemiddag

Vandaag...
Mededelingen
feedback afmaken
Spelling Engelse werkwoorden





Huiswerk
Woensdag 15 december
H2 Spelling Engelse werkwoorden


1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Goedemorgen klas 2C

Vandaag...

- stillezen
- Lezen hoofdstuk 1
Goedemiddag

Vandaag...
Mededelingen
feedback afmaken
Spelling Engelse werkwoorden





Huiswerk
Woensdag 15 december
H2 Spelling Engelse werkwoorden


Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

Terugblik
Spelling H1 
Hoofdletters
Gebiedende wijs

Slide 3 - Slide

Mededelingen
Inhaalmoment zinsdelen:
Maandag 20 december 15:30

Werkwoordspelling:
Na de vakantie

Woensdag 15 december uitloop maandag 20
Versie 2 brief af - inleveren in Teams

Slide 4 - Slide

Feedback brief afmaken

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Leerdoelen

- Ik kan Engelse werkwoorden correct spellen

Slide 7 - Slide

Welke Engelse werkwoorden gebruiken we vaak?

Slide 8 - Open question

 H2 Spelling Engelse werkwoorden
Zo spel je Engelse werkwoorden
- De ik-vorm maak je meestal door -en van het werkwoord af te halen (speechen-speech)
- Als het woord in het Engels aan het eind een dubbele medeklinker heeft, schrijven we in het Nederlands een enkele medeklinker (softballen-softbal)
- In de tegenwoordige tijd enkelvoud schrijf je de ik-vorm of de ik-vorm+t
- In de verleden tijd en bij het voltooid deelwoord gebruik je 't sexy fokschaap

Slide 9 - Slide

(Engelse werkwoorden)
Zij hebben (volleyballen)
A
gevolleybald
B
gevolleyballd

Slide 10 - Quiz

Spelling Engelse werkwoorden
Bij de meeste werkwoorden  werkt het hetzelfde als bij de Nederlandse werkwoorden.

Slide 11 - Slide

Engelse werkwoorden

Jij (deleten-tt)
A
deletet
B
delet
C
deletete
D
delete

Slide 12 - Quiz

Spelling Engelse werkwoorden
Maar let wel op de uitspraak.

Slide 13 - Slide

Engelse werkwoorden

Ik heb al die oude contacten (vd)


A
gedelete
B
gedeleted
C
gedeletet

Slide 14 - Quiz

Spelling Engelse werkwoorden
Bij werkwoorden die uit het Engels komen, gebruik je de Nederlandse regels voor spelling.

joggen - ik jog - hij jogt - hij jogde - hij heeft gejogd
downloaden - ik download - hij downloadt - hij downloadde - hij heeft gedownload
gamen - ik game - hij gamet - hij gamede - hij heeft gegamed

Slide 15 - Slide

(Engelse werkwoorden)
Hij (racen-vt)
A
racte
B
racette
C
racde
D
racete

Slide 16 - Quiz

Spelling Engelse werkwoorden
Bij de verleden tijd luister je naar de laatste klank.
Hoor je een s-klank, dan schrijf je in de verleden tijd een -t.

racen - ik race - hij racet - hij racete - hij heeft geracet
smashen - ik smash - hij smasht - hij smashte - hij heeft gesmasht

Slide 17 - Slide

Engelse werkwoorden

Hij (lunchen-vt)
A
lunchte
B
lunchde
C
lunchtte
D
lunchdde

Slide 18 - Quiz

Opdracht deze les

- Afmaken H2 Spelling Leenwoorden

- Maken H2 Spelling Engelse werkwoorden
= huiswerk vrijdag 10 december

Klaar?
Trainen Werkwoordspelling

Slide 19 - Slide