emir sultan quiz
1 / 20
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Wat betekent al-Fatiha?
A
De namen van Allah
B
De hemelen
C
De mensen
D
De opening
Slide 2 - Quiz
Waar is surah al-Fatiha geopenbaard?
A
Mekka
B
Medina
C
Amsterdam
D
Ankara
Slide 3 - Quiz
Uit hoeveel aya’s bestaat surah al-Fatiha?
A
6
B
7
C
8
D
9
Slide 4 - Quiz
In de eerste ayah van surah al-Fatiha worden twee Namen van Allah (swt) genoemd, welke zijn dat?
A
Al-Malik en Al-'Aziem
B
Ar-Razzaaq en Al-'Aliem
C
Al-Basier en Al-'Adl
D
Ar-Rahman en Ar-Rahiem
Slide 5 - Quiz
Hoe vaak wordt minimaal surah al-Fatiha gereciteerd wanneer men de verplichte 5 gebeden op een dag verricht?
A
5
B
15
C
7
D
17
Slide 6 - Quiz
In welke Ayah vragen wij leiding aan Allah (swt)?
A
Maliki yawmi addeen
(مَٰلِكِ يَوۡمِ ٱلدِّينِ)
B
Iyyaka naAAbudu waiyyaka nastaAAeen
(إِيَّاكَ نَعۡبُدُ وَإِيَّاكَ نَسۡتَعِينُ)
C
Ihdina assirata almustaqeem
(ٱهۡدِنَا ٱلصِّرَٰطَ ٱلۡمُسۡتَقِيمَ)
D
Sirata allatheena anAAamta AAalayhim ghayri almaghdoebi AAalayhim wala addalleen (صِرَٰطَ ٱلَّذِينَ أَنۡعَمۡتَ عَلَيۡهِمۡ غَيۡرِ ٱلۡمَغۡضُوبِ عَلَيۡهِمۡ وَلَا ٱلضَّآلِّينَ )
Slide 7 - Quiz
Vul de gaten A en B in
De Profeet zei vzmh: “Allah bezit honderd delen van Genade, daarvan is er ….A…. neergezonden tussen de djinn, mensen, vee en ongedierte. Vanwege dit, tonen zij wederzijdse affectie en genade. En toont het wilde dier genegenheid voor haar kind. En Allah houdt ….B…. delen van Genade achter waarmee Hij Zijn dienaren begenadigt op de Dag der Opstanding.”
De Profeet zei vzmh: “Allah bezit honderd delen van Genade, daarvan is er ….A…. neergezonden tussen de djinn, mensen, vee en ongedierte. Vanwege dit, tonen zij wederzijdse affectie en genade. En toont het wilde dier genegenheid voor haar kind. En Allah houdt ….B…. delen van Genade achter waarmee Hij Zijn dienaren begenadigt op de Dag der Opstanding.”
A
A= 1, B= 99
B
A= 99, B= 1
C
A= 10, B= 90
D
A= 11, B= 89
Slide 8 - Quiz
Wat zegt Allah (swt) wanneer wij “Alhamdoelillahi rabbil-alamien,” (Alle lof aan Allah, Heer van de werelden) zeggen?
A
“Mijn dienaar heeft Mij verheven.”
B
“Mijn dienaar heeft Mij verheerlijkt.”
C
“Mijn dienaar heeft Mij geprezen.”
D
“Dit is tussen Mij en mijn dienaar en Mijn dienaar krijgt wat hij vraagt.”
Slide 9 - Quiz
Wat zegt Allah (swt) wanneer wij “Ar Rahmannir-Rahiem” (de Barmhartige, de Genadevolle) zeggen?
A
“Mijn dienaar heeft Mij verheven.”
B
“Mijn dienaar heeft Mij verheerlijkt.”
C
“Mijn dienaar heeft Mij geprezen.”
D
“Dit is tussen Mij en mijn dienaar en Mijn dienaar krijgt wat hij vraagt.”
Slide 10 - Quiz
Wat zegt Allah (swt) wanneer wij “Maliki yawm-ad-Dien” (Heerser van de Dag des Oordeels) zeggen?
A
“Mijn dienaar heeft Mij verheven.”
B
“Mijn dienaar heeft Mij verheerlijkt.”
C
“Mijn dienaar heeft Mij geprezen.”
D
“Dit is tussen Mij en mijn dienaar en Mijn dienaar krijgt wat hij vraagt.”
Slide 11 - Quiz
Wie zijn degenen die volgens de profeet (vzmh) de toorn van Allah (swt) hebben opgewekt?
A
De joden
B
De christenen
C
De moslims
D
De allochtonen
Slide 12 - Quiz
Wie zijn degenen die volgens de profeet (vzmh) zijn afgedwaald?
A
De joden
B
De christenen
C
De moslims
D
De allochtonen
Slide 13 - Quiz
Wat betekent Ummul Qur’an?
A
De beste Qur’an (koraan)
B
De prachtige Qur’an (koraan)
C
De moeder van de Qur’an (koraan)
D
De Qur’an (koraan) is het laatste boek
Slide 14 - Quiz
Wat betekent es-Siratu 'l-mustakim?
A
De hemelen van boven
B
Het wereldse leven
C
Een bepaald pad met duidelijke grenzen
D
Boek der boeken
Slide 15 - Quiz
Waarvoor is de mens geschapen?
A
Chillen
B
Allah (swt) aanbidden
C
Werken
D
Koran lezen
Slide 16 - Quiz
Wat betekent Iyyaka naAAbudu waiyyaka nastaAAeen
(إِيَّاكَ نَعۡبُدُ وَإِيَّاكَ نَسۡتَعِينُ)?
(إِيَّاكَ نَعۡبُدُ وَإِيَّاكَ نَسۡتَعِينُ)?
A
U bent de Heerser van alles en iedereen
B
U (alleen) aanbidden wij en U (alleen) vragen wij om hulp
C
U bent Almachtig, Alwijs
D
De Heerser op de Dag des Oordeels
Slide 17 - Quiz
De ayah Iyyaka naAAbudu waiyyaka nastaAAeen
(إِيَّاكَ نَعۡبُدُ وَإِيَّاكَ نَسۡتَعِينُ) bestaat uit twee rechten, welke zijn dat?
(إِيَّاكَ نَعۡبُدُ وَإِيَّاكَ نَسۡتَعِينُ) bestaat uit twee rechten, welke zijn dat?
A
Het recht van Allah (swt) en het recht van de dienaar
B
Het recht van Allah (swt) en het recht van de engelen
C
Het recht van Allah (swt) en het recht van de profeten
D
Het recht van de profeten en het recht van de engelen
Slide 18 - Quiz
De ayah Iyyaka naAAbudu waiyyaka nastaAAeen
(إِيَّاكَ نَعۡبُدُ وَإِيَّاكَ نَسۡتَعِينُ) bestaat uit twee rechten, wat is het recht van de dienaar?
(إِيَّاكَ نَعۡبُدُ وَإِيَّاكَ نَسۡتَعِينُ) bestaat uit twee rechten, wat is het recht van de dienaar?
A
Het recht om hulp te vragen aan Allah (swt)
B
Het recht om te eten en drinken wat zij willen
C
Het recht om staan en gaan waar zij willen
D
Het recht om te leven
Slide 19 - Quiz
Bonusvraag (kwam niet in de lessenreeks voor): welke surah is de langste surah van de koran?
A
Al-Fatiha (De Opening)
B
Al-Baqarah (De Koe)
C
Al-Fath (Het Succes)
D
At-Tur (De Berg)
