Weihnachten

• Duits
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Was machen wir heute?

1. Am Ende der Stunde kennt ihr einige Fakten über Weihnachten in Deutschland.
2. Am Ende der Stunde habt ihr eure Hörfertigkeit verbessert.
3. Am Ende der Stunde habt ihr eure Lesefertigkeit verbessert.  
4. Am Ende der Stunde habt ihr eure Schreibfertigkeit verbessert.

geschenke

Adventszeit

Adventskalendern

Tannenbaum

Weihnachtsmann

KugelT

Kartoffelsalat mit Würstchen

Christkind

00:39

Wat zat er verstopt tussen de 'bijzondere' speelkaarten?

1. landkaarten
2. vluchtroutes
3. landkaarten van vluchtroutes
4. puzzel

01:11

Wat doet de 'Gryla'?

1. Gryla ontvoerd kinderen.
2. Gryla ontvoerd kinderen en kookt ze daarna.
3. Gryla kookt kinderen
4. Ze doet zich voor als de moeder van de 'Weihnachtsmänner'.

01:59

Waar heeft de familie vaak ruzie over tijdens de kerst?

1. Het voorbereiden van het eten.
2. alcoholgebruik
3. Welk TV-programma er gekeken moet worden.
4. Alle antwoorden zijn juist.

02:24

Op welke dag valt 'Trennungstag'?

1. maandag
2. dinsdag
3. zaterdag
4. zondag

02:56

Hoeveel kinderen per minuut moet de kerstman bezoeken om zijn taak te volbrengen?

1. 15 miljoen
2. 250 duizend
3. 4300

03:49

Wanneer werd het lied 'let it snow' bedacht?

1. Toen het sneeuwde.
2. Toen het regende.
3. Tijdens een hittegolf.

04:49

Waarom heeft Rudolf het rendier volgens Odd Halvorson een rode neus?

1. vanwege alcoholgebruik
2. vanwege een infectie

05:16

Hoeveel procent van de mensen zijn totaal gestrest door de kerst?

1. 23 procent
2. 36 procent
3. 46 procent

06:49

Tussen wie was er een gewapend conflict in Colombia?

1. staat en guerrillagroepen
2. staat en militaire groepen
3. guerrillagroepen en militaire groepen
4. staat, militaire groepen en guerrillagroepen

08:16

Hoe heeft Hitler de kerst veranderd?
(Kies het beste antwoord)

1. Hij heeft kerst tot een staatsfeest laten maken.
2. Hij heeft het jodendom afgeschaft.
3. Hitler heeft zelf nieuwe kerstliedjes laten componeren.

Lesetexte- Weihnachten

Wat: Lesetexte Weihnachten

Op welke manier: zu zweit

Klaar: Mach weiter mit dem Studienplaner Woche 51

Hulp: Laptop, Buch und Lehrer

Uitkomst: Am Ende der Aufgabe habt ihr eure Lesefertigkeit verbessert.

Tijd: 30 Minuten

Schreibfertigkeit

Du schreibst einen Brief an deinem Freund/deiner Freundin.

-Name/Datum/Ort

-Wann feierst du Weihnachten?

-Wo feierst du Weihnachten?

-Mit wem feierst du Weihnachten?

-Was isst und trinkst du mit Weihnachten?

-Was machst du weiter mit Weihnachten?

-Liebe Grüße, (Name)

Sprechfertigkeit

1. Wann feierst du Weihnachten?

-Ich feiere Weihnachten am...........

2. Wo feierst du Weihnachten?

-Ich feiere Weihnachten..................

3. Mit wem feierst du Weihnachten?

-Ich feiere Weihnachten mit..............

4. Was isst und trinkst du mit Weihnachten?

-Mit Weihnachten esse und trinke ich..................

5. Was machst du weiter mit Weihnachten?

-Mit Weihnachten mache ich noch...............