Framing en figuurlijk taalgebruik

1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5,6

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions





Framing

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Planning en lesdoelen
  1. Introductie FRAMING
  2. Theorie
  3. Figuurlijk taalgebruik of beeldspraak

Lesdoelen:
  1. Jullie weten wat framing is.
  2. Jullie weten hoe media beïnvloeden.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

TOETS/ EXAMEN
Een voorbeeld van een vraag is: 

In een tekst kan een standpunt versterkt doorklinken in de woordkeuze.

  Citeer drie woorden of woordgroepen uit de alinea’s 6 tot en met 8 waarin afkeuring van het gedrag van de leidinggevende ten opzichte van zijn ondergeschikten doorklinkt.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

De Volkskrant is volgens mij...
A
altijd subjectief
B
altijd objectief
C
vaker subjectief dan objectief
D
vaker objectief dan subjectief

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

De krant of het nieuws dat ik lees is objectief.
(volledig eens=100)
0100

Slide 6 - Poll

This item has no instructions

welke synoniemen ken je voor het werkwoord ETEN?

Slide 7 - Mind map

Geef hier aan welke woorden welke connotatie hebben: welk gevoel geven ze mee? Wat is de boodschap over de auteur/ hoe wordt iemands mening gevormd door de woordkeuze
Framing
Het zodanig presenteren van een onderwerp dat de ontvangers die (positieve of negatieve) wijze van denken overnemen.
(on)bewuste beïnvloeding

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

frikandel
kadaverstaaf
slechts 10% vet
nu 90% vetvrij
het glas halfvol


het glas halfleeg?
gewasbeschermingsmiddelen  
je roes uitslapen 
een powernap doe
landbouwgif

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Framing
Plofkip
Kliklijn
Tsunami van vluchtelingen
Sleepnetwet
Schamele fooi
Na deze campagne ging ook de laatste supermarktketen overstag 
om alleen nog 'Beter-Leven' kip te verkopen 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Video

This item has no instructions


A
80% Minder vet?
B
20% vet?

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Middelvinger?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Framing
  • Jullie zagen net voorbeelden van framing
  • Maar wat is framing dan precies?

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Framing
  • Beïnvloedingstechniek
  • Het blijft hangen, klinkt logisch
  • Speelt in op gevoelens (die spelen in de samenleving)
  • Vereenvoudiging van de werkelijkheid
  • Het verloopt via taal en beelden
Het meegeven van een bepaald kader aan een boodschap

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Waarom framen we?
  • Frames blijven lekker hangen
  • Betere verkoopcijfers
  • Imago Bijv. McDonald’s logo>> rode achtergrond vervangen door groen (groen associëren mensen met gezond en duurzaam). Zo hoopt McDonald’s een ander imago te creëren.  
  • Afkraken van tegenpartij in politiek. 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Video

This item has no instructions

Het wordt veel gebruikt door:
  • Politici
  • Media
  • Eetwarenindustrie
  • Reclame

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Medelijden

Veel ophef over deze foto/ video
Klimaatverandering? Misschien was de beer wel ziek

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Corona
Vleermuizensoep
Markt in India

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Video

This item has no instructions

Opdracht
Bedenk een frame voor een situatie die te maken heeft met:
1. School
2. Werk
3. Uitgaan
Je moet over 5 minuten met je groepje vertellen: wat is de situatie, naar wie communiceer je en wat is de frame.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Figuurlijk taalgebruik in het examen
Het gaat om manipulatie van de lezer door bepaalde woordkeuze:
  • Welke sturing wil de schrijver geven aan het onderwerp
  • Is de beeldspraak adequaat of juist manipulatief?
Voorbeelden:
  • De beeldspraak is wel/niet geslaagd, want ...
  • Typeer de schrijfstijl (neutraal/ zakelijk/ objectief/ persoonlijk/ subjectief/ bombastisch/ overdreven/ beeldend

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Framing zet een auteur dus in om de lezer te beïnvloeden. Figuurlijk taalgebruik kan daarbij helpen
Bijv. door het gebruik van beeldspraak, spot en ironie. 

Aan jou als lezer de taak om te bepalen hoe de auteur jou probeert te sturen door middel van figuurlijk taalgebruik.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld van een vraag:

Geef aan of je de beeldspraak in bovenstaand citaat geslaagd of minder geslaagd vindt en leg je antwoord uit.  

Figuurlijk taalgebruik kan onder meer gebruikt worden om de aandacht van de lezer te trekken 
Welke drie andere effecten van figuurlijk taalgebruik heeft de schrijver van bron 1 waarschijnlijk beoogd?  
Kies uit onderstaande effecten

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Wat kun je zeggen over de tekstdoelen? 
  • Informeren
  • ➡️ objectief/ uitleg / tekstboek
  • Beschouwen 
  • ➡️ overwegend objectief / opiniëren / meerdere kanten van het 'verhaal' (voor- en tegenstanders) / publiek zelf een mening laten vormen
  • Betogen
  • ➡️ subjectief / schrijver geeft mening/ publiek overtuigen met argumenten
  • Activeren
  • ➡️ subjectief / aanzetten tot 'handelen' / overtuigen / mening geven
  • Amuseren
  • (meestal niet hoofddoel in schoolteksten maar wel belangrijk)

Slide 28 - Slide

This item has no instructions