Les 3. 3.4 Intermediaire kruisingen + bloedgroepen
Welkom
Telefoon in telefoontas
Tas van tafel
Laptop + notitiespullen pakken
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Welkom
Telefoon in telefoontas
Tas van tafel
Laptop + notitiespullen pakken
Slide 1 - Slide
Leerdoel vorige les les
Ik kan een kruisingsschema van een kruising maken en daar daar conclusies uit trekken over P, F1 en F2 .
Voorbeeld: ik kruis een blondharige cavia met een bruinharige cavia. Hoe zullen de nakomelingen er uit zien?
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
PKU is een erfelijke stofwisselingsziekte. Dit wordt onderzocht met bloed uit een hielprik bij pasgeboren baby's. Wanneer het kind PKU heeft zal het kind een speciaal dieet moeten volgen.
Twee ouders die beide gezond zijn hebben al een kindje met PKU. Hoe groot is de kans dat hun tweede kind ook PKU heeft?
A
0%
B
25%
C
50%
D
75%
Slide 4 - Quiz
Bij fruitvliegjes komen vliegen voor met normale vleugels en met korte vleugels. Een vlieg met normale vleugels wordt gekruist met een vlieg met korte vleugels. Alle 80 nakomelingen hebben normale vleugels. Deze worden onderling opnieuw gekruist.
Hoeveel procent van deze nakomelingen is heterozygoot?
A
0%
B
25%
C
50%
D
75%
Slide 5 - Quiz
Een paardenfokker wil weten of een zwarte hengst homozygoot of heterozygoot is voor vachtkleur. Met wat voor merries moet hij deze hengst kruisen om hier achter te komen? Zwart is dominant, wit (schimmel) is recessief.
A
Homozygoot dominant
B
Homozygoot recessief
C
Heterozygoot
Slide 6 - Quiz
Ik kan een kruisingsschema van een monohybride kruising maken en daar daar conclusies uit trekken over P, F1 en F2 .
A
Dit lukt mij zelden.
B
Wel kruisingsschema's, geen conclusies.
C
Het lukt even vaak wel als niet.
D
Het lukt mij meestal.
Slide 7 - Quiz
Ik heb nog extra uitleg nodig
A
Ja
B
Nee
Slide 8 - Quiz
Leerdoel
Je kent de termen intermediair en co-dominantie en kan deze toepassen in kruisingsschema's
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Intermediair
Bij intermediair is er sprake van geen recessief of dominant allel. De allelen zijn even dominant/recessief ten opzichte van elkaar en komen dus beiden tot uiting
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Noteer hier je antwoorden van de vorige slide.
Slide 13 - Open question
Voorkennis. Welke bloedgroepen zijn er allemaal?
Slide 14 - Open question
Bloedgroepen
Je bloedgroep wordt bepaald door één gen
Je hebt allelen I(A), I(B) en i
Er is hier sprake van co-dominantie
Slide 15 - Slide
De kinderen van een man met bloedgroep A en een vrouw met bloedgroep AB kunnen de volgende bloedgroepen hebben:
A
Alleen A
B
Alleen AB
C
Alleen A, B en AB
D
Zowel A, B, AB als O
Slide 16 - Quiz
Als een man met bloedgroep A en een vrouw met bloedgroep B een kind hebben met bloedgroep O, hoe groot is dan de kans dat een tweede kind eveneens bloedgroep O zal hebben?
A
25%
B
50%
C
75%
D
100%
Slide 17 - Quiz
Twee grootmoeders behoren elk tot bloedgroep O en de beide grootvaders behoren elk tot bloedgroep AB. Hoe groot is de kans dat hun kleinkind bloedgroep B zal hebben? (I-vraag) Schrijf uit!!