Voorbereiding les praktijk PTA

Voorbereiding les theorie PTA
Startopdracht: 








Planning:
  • Quizen over de theoriePTA (60 min)
  • GEEN PRAKTIJK VANDAAG!
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 180 min

Items in this lesson

Voorbereiding les theorie PTA
Startopdracht: 








Planning:
  • Quizen over de theoriePTA (60 min)
  • GEEN PRAKTIJK VANDAAG!

Slide 1 - Slide

Wat is GEEN voorbeeld van tijdelijke omvorming
A
Krullen met een krultang
B
Jetting
C
Inzetten warmterollers
D
Gebruik van föhnborstel

Slide 2 - Quiz

Wat bepaald de dikte van de krultang?
A
Hoe lang de krul blijft zitten
B
Hoe dikker de krultang hoe meer je haar beschadigd
C
De grootte van de krul

Slide 3 - Quiz

Je gaat rollers indraaien, hoe breed maak je dan de pluk?
A
Breder dan de breedte van de roller
B
Smaller dan de breedte van de roller
C
Net zo breed als de roller

Slide 4 - Quiz

Waar is een climazon voor?
A
Hiermee kan het haar gedroogd worden
B
Om de benodigde inwerktijd van chemische processen, de helft terug te brengen.
C
Hiermee kunnen krullen/volume gemaakt worden.
D
Hiermee worden stevige krullen in het haar gezet.

Slide 5 - Quiz

Welk kapsel adviseer je voor een vierkant gezicht?
A
Volume bovenop het hoofd
B
Volume aan de zijkant van het hoofd
C
Voorkeur stijl haar
D
Kort kapsel

Slide 6 - Quiz

Hoe heet de buitenste laag van het haar
A
Merg
B
Schors
C
Schubbenlaag

Slide 7 - Quiz

Wat is 30% korting van 40 euro
A
6 euro
B
12 euro
C
28 euro
D
30 euro

Slide 8 - Quiz

Hoeveel moet je betalen als je 30% korting krijgt voor 40 euro?

A
12 euro
B
16 euro
C
28 euro
D
32 euro

Slide 9 - Quiz

Waar gebruik je een puntkam voor?
A
Haar verdelen en touperen.
B
Touperen en volume creëren.
C
Klitten uit haar halen.
D
Precies knippen

Slide 10 - Quiz

Waarom moet je als sociale vaardigheid eerlijk zijn?
A
Omdat je eerlijk moet zijn wat een behandeling waard is
B
Omdat je eerlijk moet zijn over welk kapsel bij hen past
C
Omdat je eerlijk moet zijn om iedere klant op dezelfde manier te behandelen

Slide 11 - Quiz

Volume fohnen doe je op?
A
Vochtig haar
B
Droog haar

Slide 12 - Quiz

Bij welk gezichtsvorm past vrijwel alle soorten volume
A
Ovaal
B
Langwerpig
C
Rond
D
Driehoekig

Slide 13 - Quiz

Wat wordt er bedoeld met ergonomisch werken
A
Je inleven in de klant
B
Je eigen lichaamshouding
C
Eerlijk werken met de klant
D
Veel producten verkopen aan de klant

Slide 14 - Quiz

Met welke wastechniek start en eindig je?
A
Effleurage
B
Frictie
C
Petrisage
D
trilmassage

Slide 15 - Quiz

Een haarpakking is hetzelfde als een haarmasker
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

Wat doet shampoo voor een vette hoofdhuid en vet haar
A
Bacteriën doden
B
Bevordert de talgproductie
C
Zorgt ervoor dat de talgklieren rustiger worden

Slide 17 - Quiz

Een wasactieve stof zorgt ervoor dat de shampoo de juiste zuurgraad heeft?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Jeuk is een kenmerk voor:
A
Vette hoofdhuid
B
Droge hoofdhuid
C
Normale hoofdhuid

Slide 19 - Quiz

Wat is een ander woord voor lederhuid?
A
Subcutis
B
Epidermis
C
Dermis

Slide 20 - Quiz

In welke fase groeit het haar
A
Anagene fase
B
Katagene fase
C
Telogene fase

Slide 21 - Quiz

Iemand moet 28,60 betalen. Hij betaald met een briefje van 50. Hoeveel krijgt hij terug?
A
20,40
B
21,4
C
21,40
D
22,40

Slide 22 - Quiz

Maak een samenvatting in word over en hoofdstuk naar keuze! 
Inleveren in classroom.

Slide 23 - Slide