Woordvolgorde

1 / 15
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1,2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wie doet wat waar wanneer?
             O              ww              lv             plaats                    tijd

Slide 2 - Slide

Stappenplan:
1. onderwerp                         WIE
2. werkwoord(en)               DOET
3. lijdend voorwerp            WAT
4. plaats                                  WAAR
5. tijd                                        WANNEER

Alleen als de nadruk op tijd ligt kan het aan het begin van de zin worden gezet!
Tomorrow, all schools will be closed due to heavy snowfall!

Slide 3 - Slide

EXAMPLE:
Peter liep vanmiddag samen met Patrick naar zijn huis.
Peter walked together with Patrick to his house this afternoon.

Slide 4 - Slide

Stap 1?
A
werkwoorden
B
tijd
C
onderwerp
D
plaats

Slide 5 - Quiz

Stap 2?
A
werkwoorden
B
onderwerp
C
plaats
D
tijd

Slide 6 - Quiz

Stap 3?
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
plaats
D
tijd

Slide 7 - Quiz

Stap 4?
A
plaats
B
werkwoorden
C
onderwerp
D
tijd

Slide 8 - Quiz

stap 5?
A
lijdend voorwerp
B
onderwerp
C
tijd
D
werkwoorden

Slide 9 - Quiz

Answer YES or NO:
My neighbour will tomorrow
have a party.

Slide 10 - Open question

Answer YES or NO:
Last night had we a meeting at school with the teacher.

Slide 11 - Open question

TIP!
Zet de werkwoorden van de zin bij elkaar!

Ik heb gisteren heel veel friet gegeten.
I have eaten a lot of fries yesterday.

Slide 12 - Slide

Put in the correct order:
at the zoo / saw / a week ago /
an elephant / my family and I

Slide 13 - Open question

Put in the correct order:
shopping / went / the girls / this morning / at the mall

Slide 14 - Open question

Extra practice with 
word order?
Click HERE!

Slide 15 - Slide