Leesvaardigheidstrainging - lesson 1

Leesvaardigheidstraining
1 / 26
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Leesvaardigheidstraining

Slide 1 - Slide

Today
  • What does the CE look like? 
  • How can you prepare for the CE? 
  • What does a text consist of? 
  • Further questions that you may have

Use a notebook to take notes. They could be very useful in your CITO exam preparation. 

Slide 2 - Slide

My grade for English is above a 5,5 at this moment
Yes
No

Slide 3 - Poll

After my final exam my grade will be higher than a 5,5.
Yes
No

Slide 4 - Poll

I feel confident about my final exam for English.
No, not at all. Help me.PLEASE
No, not really
I feel kind of confident
Yes, definitely

Slide 5 - Poll

What is the correct answer?
Transparancy
Reform
Recreation
Racism
Something else

Slide 6 - Poll

What does a text consist of? 
To answer this question, it is equally (or maybe even more) important to look at the different questions you get during an exam. We see four different types of questions that are very frequently asked. 

1. Introduction of the topic
2. Arguments in favour or against
3. Expert questions
4. Examples

Slide 7 - Slide

1. Introduction of the topic
  • In a text, the topic is often introduced in the first paragraph
  •  CITO often asks questions about the topic
  • Look closely at the different questions that they ask, because they can be categorised in three ways

Slide 8 - Slide

1. Introduction of the topic
 Vraag: Wat is de kern van alinea 1?
Antwoord: link met titel + plaatje

Wat zegt de titel en het plaatje jou? 

Slide 9 - Slide

Want er staat 'spare', waarvan je misschien weet (of aan hoe je het schrijft af kunt lezen) dat het 'spaar' betekent. 'Wily' moet je misschien opzoeken, en betekent 'sluw'. 

Is dit een positieve of negatieve manier om een dier aan te duiden? 

Wat kun je hier uit halen?

Slide 10 - Slide

Het goede antwoord is 'C'

Slide 11 - Slide

Let's do another one of these
timer
3:00
Take a close look at what is actually being said in the text

Slide 12 - Slide

What's the correct answer?
A
B
C
D
E

Slide 13 - Poll

The correct answer is C 
But why?

Slide 14 - Slide

1. Introduction of the topic
Okay, now we've looked at the simple question 'wat is de kern van alinea 1'.

This is one of the three possible questions you get in the beginning of a text. 

The other two options are: 
- What is being said about ...?
- Open-ended question

Slide 15 - Slide

What is being said about ....?
Let op! CITO helpt je hier altijd op weg! 

Deze vraag krijg je als de titel is niet helemaal duidelijk is,  ze geven je daarom extra informatie in het gedeelte waarin ze zeggen 'about ...'. 

Slide 16 - Slide

Let's look at an example
Cito geeft je de volgende informatie: alinea 1 gaat over vegetarisme en trekt daar een conclusie. 

Slide 17 - Slide

Let's look at an example
The correct answer is: C
A: there are no harmful side-effects to vegetarianism. 
B: Not mentioned and not a conclusion.
D: It will not lead to more traffic. That is only mentioned to compare the emission.

Slide 18 - Slide

Open-ended questions
Of course, CITO also includes open-ended questions. 

It is very well possible, that the first question of the text is an open-ended question. In that case, CITO will, once more, provide a lot of interesting information. 
Why do they have these open questions? Because the title is difficult. 
What helps you find the answer? The title, picture and the information you get from the question. 

Slide 19 - Slide

Example
Je ziet dat de open vraag je best veel informatie geeft. Namelijk, dat de tekst gaat over het krimpen van de aantallen rode eekhoorns. Dat is belangrijke informatie die je zomaar cadeau krijgt. 

Slide 20 - Slide

Example
Goede antwoord: een antwoord met de volgende strekking:
een (pokken)virus (dat wordt verspreid door grijze eekhoorns)
of
een besmettelijke ziekte

Slide 21 - Slide

Another example

Slide 22 - Slide

What information does the question give you? Answer in Dutch or English, whichever you prefer.

Slide 23 - Open question

Another example
What is the correct answer?

Slide 24 - Slide

To summarize
De eerste vraag van een toets is onder te verdelen in drie vraagtypen: 

1. Wat is de kern van alinea 1? 
2. Wat wordt er gezegd over ...?
3. Open vraag

Wat doe je als je deze vragen tegenkomt? 

Slide 25 - Slide

De 5 gulden regels om te slagen
  1. Koester niet de illusie het examen feilloos te maken,
    voel je hierover zeker niet bezwaard!
  2. Bestudeer je aantekeningen en breng deze in de praktijk.
  3. Oefen!
  4. Raak niet in paniek als er in het examen een onbekende, nieuwe vraagsoort staat. Behandel die simpelweg als een grote lijnvraag.  
  5. Ga leip op signaalwoorden!!!

Slide 26 - Slide