3.1 afmaken

Planning
Uitleg 

Aan de slag 

Afsluitende vragen

 Bespreken toets
timer
1:00
LB: blz. 40
WB: blz. 41

Pak per 2-tal een atlas.
1 / 17
next
Slide 1: Slide
Middelbare school

This lesson contains 17 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

Planning
Uitleg 

Aan de slag 

Afsluitende vragen

 Bespreken toets
timer
1:00
LB: blz. 40
WB: blz. 41

Pak per 2-tal een atlas.

Slide 1 - Slide

Start vragen
1. Waar liggen de tropische regenwouden en waarom liggen ze daar?


2. Hoe gebruikt de mens het tropisch regenwoud?





timer
2:30

Slide 2 - Slide

Landschappen in Afrika
Welke klimaatzones kent Afrika? En in welke paragraaf behandelen we welke klimaatzone? 

1. Tropisch regenwoud (3.1)
2. Savanne (3.2)
3. Steppe (3.2)
4. Woestijn (3.3)

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Landschappen in Afrika
Welke 6 etages bestaan er in het tropisch regenwoud? 
1. Boomtoppen
2. Gastplanten die op bomen groeien. 
3. Dichtste bladerdek (veel dierenleven)
4. Lianen
5. Jonge bomen
6. Weinig lichtval, weinig begroeiing 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Land van de week

Uitleg 

Aan de slag 

Afsluitende vragen

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Introductie hfd. 3
Hoe verklaar je de ligging van de verschillende natuurlandschappen in Afrika? 

3.1 Waar liggen de tropische regenwouden en waarom liggen ze daar? 

Hoe gebruikt de mens het tropisch regenwoud?

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Gezamenlijk maken
Opdracht 2 
Bladzijde 41 werkboek 
Bladzijde 176-177 in de atlas 

Slide 13 - Slide

Aan de slag
Maken? 3.1 (blz. 41)
Opdr. 3, 4, 5, 6, 8 (= huiswerk)

Klaar? 
Opdr. 10
Daarna opdr. 11
Of een quizlet maken






timer
1:00

Slide 14 - Slide

Afsluitende vragen
Vul het juiste woord in op de stippellijn.
Het juiste woord zit verstopt in de paragraaf. 

Rond de evenaar is het altijd ...
Rond de evenaar staat de zon altijd ... aan de hemel.
Rond de evenaar vallen de zonnestralen overdag ... op de aarde.

Slide 15 - Slide

Afsluitende vragen
Vul het juiste woord in op de stippellijn.
Het juiste woord zit verstopt in de paragraaf. 

Rond de evenaar is het altijd warm.
Rond de evenaar staat de zon altijd hoog aan de hemel.
Rond de evenaar vallen de zonnestralen overdag recht op de aarde.

Slide 16 - Slide

Toetsbespreking

Slide 17 - Slide