Lastige werkwoorden

H5 taalverzorging spelling
Lastige werkwoorden
Wat ga je leren?
Je leert over lastige werkwoorden
Hoe zat het ook al weer met de werkwoordspelling?
Nog even voorbereiden voor toets kijken & luisteren 
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

H5 taalverzorging spelling
Lastige werkwoorden
Wat ga je leren?
Je leert over lastige werkwoorden
Hoe zat het ook al weer met de werkwoordspelling?
Nog even voorbereiden voor toets kijken & luisteren 

Slide 1 - Slide

Wat zijn lastige werkwoorden?
Als de persoonsvorm tegenwoordige tijd en het voltooid deelwoord hetzelfde klinken

Dit zijn werkwoorden die beginnen met:
ge, be, ver, ont, her, over

Slide 2 - Slide

Een paar voorbeelden
Het gebeurt wel eens dat ik te laat kom.
Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Het is vroeger vaak gebeurd, dat ik te laat kwam.
Voltooid deelwoord

Slide 3 - Slide

Nog een voorbeeld
Maartje verhuist volgende week naar de Anjerstraat.
Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Vorig jaar is Maartje naar de Anjerstraat verhuisd.
Voltooid deelwoord

Slide 4 - Slide

Hoe zat het ook al weer met die werkwoordspelling?
Op pagina 226 vind je en schema en de uitleg over de werkwoordspelling
Bekijk dit schema nog eens goed

Slide 5 - Slide

Wat ga je doen?
Je leest de theorie op p. 136 en je bekijkt het schema op p. 226

Daarna maak je de startopdracht en opdracht 1 t/m 6 uit H5 Taalverzorging Lastige werkwoorden (p. 136 en 137)

Klaar? Dan ga je leren voor de toets kijken & luisteren=> H6 
p. 150 en 151

Slide 6 - Slide

Even voorbereiden voor de toets
Je mag je telefoon pakken
Inloggen in Lessonup

Slide 7 - Slide

Waar let je op als je wilt weten voor welk publiek een uitzending is bedoeld? (kijk in je boek)

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Video

Dit fragment is voor
A
een breed publiek
B
een jong publiek
C
een volwassen publiek
D
een boeren publiek

Slide 10 - Quiz

Welke tekstdoelen passen bij dit fragment?
A
instrueren en informeren
B
informeren en amuseren
C
overtuigen en amuseren
D
overtuigen en informeren

Slide 11 - Quiz

Waarom is de informatie uit deze fragmenten betrouwbaar? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
De bron, RTV oost, is betrouwbaar
B
Het gaat over koeien
C
Je kunt de informatie controleren
D
Luuk komt betrouwbaar over

Slide 12 - Quiz

Wat voor opleiding doet Luuk?
A
opleiding tot bakker
B
geen opleiding
C
opleiding tot machinist
D
agrarische opleiding

Slide 13 - Quiz

Wat ga je nu doen?
Boek lezen
Leren voor de toets van morgen
Leren voor een andere toets (ander vak)

Slide 14 - Slide