Les 01 - Tekenen van krachten - herhaling

Les 1 - Tekenen van krachten - herhaling
Bekijk het filmpje en maak daarna het testje
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Les 1 - Tekenen van krachten - herhaling
Bekijk het filmpje en maak daarna het testje

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Volgens welke vijf punten teken je een kracht:
A
1. een lengte, 2. een richting, 3. een soort. 4. een massa. 5. een hoeveelheid
B
1. een aangrijpingspunt, 2. een schaal, 3. een lengte, 3. een richting en 5. een naam.
C
1. een aantal, 2. een naam, 3. een richting. 4. een aangrijpingspunt. en 5. een lengte
D
1. een aangrijpingspunt, 2. een aantal, 3. een richting. 4. een aangrijpingspunt. en 5. een massa

Slide 3 - Quiz

Krachten kan je meten met een
A
weegschaal
B
veerunster
C
thermometer
D
voltmeter

Slide 4 - Quiz

Wat hoeft een krachten tekening NIET te hebben?
A
Lengte
B
Dikte
C
Aangrijpingspunt
D
Richting

Slide 5 - Quiz

KRACHTEN TEKENEN WE ALS
A
EEN STREEP
B
EEN PUNT
C
EEN VIERKANT
D
EEN PIJL

Slide 6 - Quiz


Hoe groot is de vector van een kracht van 110N?
A
110cm
B
110m
C
55cm
D
22cm

Slide 7 - Quiz

Waar teken je het aangrijpingspunt bij
het volgende goud-gele voorwerp (waarbij
de massa gelijk verdeeld is in het voorwerp)?


A
In het midden van het goud-gele stuk aan de bovenkant.
B
In het midden van het goud-gele stuk aan de linkerkant en rechterkant, dus twee aangrijpingspunten.
C
In het midden van het zwarte rondje, dus niet in een deel van het voorwerp zelf.
D
In het midden van het goud-gele stuk aan de onderkant.

Slide 8 - Quiz

Opdracht: De zwaartekracht van een gelijkzijdige driehoek is 500 N.
Elke zijde van de driehoek is 4 cm.
Teken eerst de driehoek in je schrift en vervolgens de zwaartekracht.
Is dit gelukt, maak een foto een upload deze.

Slide 9 - Open question

Einde van les 1
Je hebt in deze les geleerd:
  • Een kracht teken je als een pijl met een aangrijpingspunt, een richting en een lengte;
  • Voor de lengte van de pijl gebruik je een krachtenschaal;
  • De pijl geef je een naam om aan te geven om welke kracht het gaat;
  • Krachten meet je met een krachtmeter of veerunster. Hierin zit een veer. De kracht zorgt voor de uitrekking van de veer. Hoe groter de kracht, hoe meer de veer wordt uitgerekt;

Slide 10 - Slide

Ik beheers de leerdoelen die hiervoor zijn genoemd!
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Poll