Les 2 Watching & Adjectives(th)

Welcome

1 / 17
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welcome

Slide 1 - Slide

What's the plan?
- goal
- grammar; Adjectives
- Vocabulary
- Homework

Slide 2 - Slide

Goals
- i know what an adjective is
- I know where to place an adjective
- I know the words from the vocabulary list

Slide 3 - Slide

Adjectives = bijv nw
Een bijvoeglijk naamwoord gebruik je om iets of iemand 
te omschrijven. Een bijvoeglijk naamwoord wordt vaak gevolgd door een zelfstandig naamwoord.

That is an amazing girl.
We all love that funny movie.
I think he is a terrible teacher.


Slide 4 - Slide

Adjectives
*Je zet een bijvoeglijk naamwoord voor het zelfstandig naamwoord.
*Bij sommige zinnen zet je ze achter het werkwoord.
Dit is bij de volgende werkwoorden: 
to be (am, are, is, was ,were, been), to look, to appear, to seem.

Op de volgende slide is een filmpje met uitleg hierover.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

1. goed doel

Slide 7 - Open question

2. contact houden

Slide 8 - Open question

3. gelukkig

Slide 9 - Open question

4. juweel

Slide 10 - Open question

5. wat je maar wilt

Slide 11 - Open question

6. to care

Slide 12 - Open question

7. to remember

Slide 13 - Open question

8. venue

Slide 14 - Open question

9. excited

Slide 15 - Open question

10. constantly

Slide 16 - Open question

HOMEWORK
maken:
 A. Watching (the meet and greet); ex. 5,6a ,6b, 6c, 7

Study:  

- Vocab A. (watching)


Slide 17 - Slide