H3 Les 2

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Welkom in de les

Wat heb je nodig vandaag?

Aandacht

Wat gaan we doen?

• Verder met 3.1
• 3.1  lezen

Lesdoelen

Aan het einde van de les kan je:

- Uitleggen wat elektriciteit is.
- Vertellen welke eigenschappen stroom heeft.

- Welke symbolen en eenheden we gebruiken voor de eigenschappen van stroom.

Geladen deeltjes 

Stroomsterkte

Hoe meer elektronen door de draad per seconde, hoe hoger de stroomsterkte.

Symbool: I 
Eenheid: ampère (A)

kA = 1000 A     mA = 0,001 A
 

Spanning

Hoe meer energie een elektron mee krijgt, hoe hoger de spanning. 

Symbool: U
Eenheid: volt (V)

Wat is elektriciteit?

Bewegende elektronen zijn elektrische stroom.

Elektronen bewegen van de minpool naar de pluspool.

De stroom gaat van de pluspool naar de minpool

Filmpje

Vragen:
- Wat staat symbool voor elektronen?

- Wat doen de elektronen?
- Wat gebeurd er in het filmpje als er iets "mis gaat".

Aan de slag

Lees 

3.1 Elektriciteit en lading

Maak opdrachten bij Les 3.1
(2, 3 ,4 ,5 ,13)