Bollen > stukje stengel onder de grond met korte, dikke bladeren - in de dikke bladeren zit reservevoedsel > rokken - tussen de rokken ontstaan klisters > deze groeien uit tot nieuwe bollen - uit nieuwe bollen kunnen nieuwe planten groeien - bijv. uien en tulpen
Knollen > verdikte stengels die onder de grond groeien - knollen krijgen uitlopers, hieruit groeien nieuwe planten - bijv. aardappel
Slide 3 - Slide
10.5 Voortplanting zonder bevruchting
Uitlopers & wortelstokken
Uitlopers > sommige planten maken lange stengels boven de grond - aan deze lange stengels komen wortels waaruit nieuwe planten groeien - bijv. aardbeien
Wortelstokken > lange stengels onder de grond - uit verdikkingen op de wortelstokken groeien nieuwe plantjes - lelietjes-van-dalen en bamboe
Slide 4 - Slide
10.5 Voortplanting zonder bevruchting
Wat? Maken 10.5 – Opdracht 1 t/m 6
Hoe? Blz. 62 t/m 64
Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
Tijd? 20 minuten
Uitkomst? Opdracht 1 t/m 6 is af. Niet af? Rest is huiswerk.
Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst)
Slide 5 - Slide
10.5 Voortplanting zonder bevruchting
Leerdoel(en) van deze les:
Je kunt uitleggen hoe je planten kunt veredelen en vermeerderen
Je kunt van verschillende soorten planten uitleggen hoe lang ze leven
Slide 6 - Slide
10.5 Voortplanting zonder bevruchting
Hoe vermeerderen mensen planten?
Vermeerderen - ongeslachtelijke voortplanting - gaat sneller dan geslachtelijke voortplanting - precies de planten die je wilt vanwege maar één ouderplant - nakomelingen zien er allemaal hetzelfde uit (dezelfde erfelijke eigenschappen) - bijv. stekken > hierbij snijd je een stukje van de plant af en zet dit in water, nadat er wortels zijn ontstaan kan het plantje in de grond
Slide 7 - Slide
10.5 Voortplanting zonder bevruchting
Veredelen
Veredelen - verbeteren van planten door te selecteren en gewenste nakomelingen te kweken (mooiere bloemen, andere kleur, etc.)
1. kruisen > de juiste planten met elkaar kruisen 2. selecteren > de juiste nakomelingen selecteren - dit kruisen en selecteren een paar keer herhalen 3. vermeerderen > de uiteindelijk juiste nakomeling ongeslachtelijk vermeerderen door stekken
Slide 8 - Slide
10.5 Voortplanting zonder bevruchting
Hoe lang leven planten?
Eenjarige planten - ontkiemen, groeien en bloeien maar één jaar, daarna sterven ze af - zaden blijven in leven in de winter en ontkiemen in het voorjaar
Tweejarige planten - in het eerste jaar ontkiemt de plant en groeit hij - plantendelen boven de grond sterven af en wortel onder de grond blijft leven - in het tweede jaar bloeit de plant en vormt zaden, na tweede jaar sterft de hele plant (zie volgende dia voor afbeelding)
Overblijvende planten - kruidachtige planten > groeien en bloeien elk jaar, in de winter sterven bovengrondse delen af, in het voorjaar groeit de plant weer - houtachtige planten > laten hun bladeren vallen, krijgen in het voorjaar weer nieuwe bladeren
Slide 9 - Slide
10.5 Voortplanting zonder bevruchting
Levenscyclus tweejarige plant
Jaar 1: Jaar 2:
Slide 10 - Slide
10.5 Voortplanting zonder bevruchting
Wat? Maken 10.5 – Opdracht 7 t/m 16
Hoe? Blz. 65 t/m 69
Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
Tijd? 20 minuten
Uitkomst? Opdracht 7 t/m 16 is af. Niet af? Rest is huiswerk.
Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst)