M1 L1 tekststructuren

Hoe breng je structuur aan in een tekst?
1 / 14
next
Slide 1: Open question
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Hoe breng je structuur aan in een tekst?

Slide 1 - Open question

vaste tekststructuren
kaartjes

Slide 2 - Slide

PROBLEEMSTRUCTUUR
1
2
3
4
Wat zijn de oorzaken van het probleem?
Wat is het probleem precies?
Waarom is het een probleem?
Wat zijn de oplossingen voor het probleem?

Slide 3 - Drag question

voorbeeld probleemstructuur

Slide 4 - Open question

MAATREGELSTRUCTUUR
1
2
3
4
Hoe wordt de maatregel uitgevoerd? 
Wat zijn de effecten van de maatregel?
Wat is de maatregel precies? 
Waarom is de maatregel nodig? 

Slide 5 - Drag question

voorbeeld maatregelstructuur

Slide 6 - Open question

EVALUATIESTRUCTUUR
1
2
3
4
Wat ga je evalueren?
Wat kun je besluiten? 
Wat zijn de positieve kenmerken? 
Wat zijn de negatieve kenmerken?

Slide 7 - Drag question

voorbeeld evaluatiestructuur

Slide 8 - Open question

ONDERZOEKSSTRUCTUUR
1
2
3
4
Volgens welke methode verloopt het onderzoek?
Wat zijn de conclusies uit het onderzoek?
Wat zijn de resultaten van het onderzoek?
Wat wordt er precies onderzocht? 

Slide 9 - Drag question

voorbeeld onderzoeksstructuur

Slide 10 - Open question

opdracht 5 A

Slide 11 - Slide

HANDELINGSSTRUCTUUR
1
2
3
4
5
Hoe worden de deelhandelingen uitgevoerd? 
Hoe verloopt de handeling in grote lijnen? 
Wat is het doel van de handeling?
Hoe wordt de uitkomst van de handeling gecontroleerd? 
Wat zijn de voorwaarden voor de handeling?

Slide 12 - Drag question

Slide 13 - Slide

tekststructuren
opdracht 5 D in werkboek

Slide 14 - Slide