Paris ch 6 les 2

Programma
Wat gaan we doen:
- Woorden leren met beeld
- Voca A
- Zinnen maken - de weg wijzen
- Snelhechteropdracht

Lesdoel:
- Aan het eind van de les kun je de weg wijzen
- Ken je woorden die te maken hebben met vervoer/ de weg wijzen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Programma
Wat gaan we doen:
- Woorden leren met beeld
- Voca A
- Zinnen maken - de weg wijzen
- Snelhechteropdracht

Lesdoel:
- Aan het eind van de les kun je de weg wijzen
- Ken je woorden die te maken hebben met vervoer/ de weg wijzen

Slide 1 - Slide


A
à pied
B
en voiture
C
à vélo
D
la gare

Slide 2 - Quiz


A
tout près
B
à droite
C
tout droit
D
à gauche

Slide 3 - Quiz

Ver
A
tout près
B
loin
C
la gare
D
pour rien

Slide 4 - Quiz

a. Daar(ginds)
A
B
là-bas
C
l'est
D
l'ouest

Slide 5 - Quiz


A
à droite
B
à vélo
C
en bus
D
à pied

Slide 6 - Quiz

E. Er zijn twee antwoorden mogelijk.
A
en train
B
en bus
C
trouver
D
la gare

Slide 7 - Quiz

Traduis: Où est la gare?

Slide 8 - Open question

Traduis: C'est à 10 minutes à pied

Slide 9 - Open question

Snelhechter: on va visiter Paris
                                                                  En Route
Ton ami(e) est à Paris à la Tour Eiffel. Il/elle cherche le monument (à vous de choisir) où tu te trouves.  Indique le chemin à ton ami(e).  (5 phrases)

Slide 10 - Slide

On va visiter Paris avec Google Maps

Slide 11 - Slide

on va visiter Paris
Voorbereiding:
Kies een monument in Parijs. 
Doe alsof je er bent. Copy en paste jezelf bij dat monument. 
Stippel de route uit op jouw plattegrond van Parijs. 
Uitvoering: (gebruik de aantekeningen in snelhechter, bron D 
Geef in vijf zinnen aan hoe jouw vriend(in) daar moet komen. Gebruik de tu- vorm. 
Het vertrekpunt is de Eiffeltoren. 
1. Zeg dat het niet ver is. 
2+3+4 eigen zinnen. 
5. Zeg: je komt aan (arriver) bij + het monument waar je bent.

Slide 12 - Slide

Travail en duo (15 min)
Exercice sur Paris
Snelhechter


Apprendre: Les mots voca A F-N et
phrases-clés D 

Slide 13 - Slide

Sorry, waar is het station ?
Het is rechtsaf.
Het is linksaf
Het is rechtdoor.
Kunt u het herhalen?
Is het ver ?
Is het dichtbij ?
Het is vijf minutes minuten lopen
Het is tien minutes met de fiets.
Dan gaan we met de auto.
C'est loin ?
Alors, on y va en voiture.
Pardon, où est al gare ?
Vous pouvez répéter ?
C'est à droite.
Pardon, où est le cinéma ?
C'est tout droit
c'est à dix minutes à vélo.
C'est à gauche.
On y va en métro.
C'est à cinq minutes à pied.
C'est tout près ?

Slide 14 - Drag question