Module 3 leerjaar 1 bronnen
1 / 12
Lesson duration is: 30 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Wat wordt bedoeld met ...
teksten en ideeën van anderen samenvatten of wijzigen en vervolgens presenteren als je eigen werk.
teksten en ideeën van anderen samenvatten of wijzigen en vervolgens presenteren als je eigen werk.
Slide 2 - Open question
Wanneer gebruik je een bronvermelding?
Slide 3 - Open question
Wat wordt bedoeld met ...
in je eigen woorden weergeven wat een ander vertelt/schrijft
in je eigen woorden weergeven wat een ander vertelt/schrijft
Slide 4 - Open question
een stukje tekst letterlijk overnemen en tussen aanhalingstekens plaatsen
=
=
Slide 5 - Open question
Waar of niet waar?
de bronvermelding plaats je na
de inhoudsopgave voorin in je werkstuk
de bronvermelding plaats je na
de inhoudsopgave voorin in je werkstuk
Slide 6 - Mind map
waar of niet waar?
De bronvermelding zet je op alfabetische
volgorde op naam van auteur
De bronvermelding zet je op alfabetische
volgorde op naam van auteur
Slide 7 - Mind map
Welke vraag stel je als je wilt checken
of een bron betrouwbaar is?
of een bron betrouwbaar is?
Slide 8 - Mind map
Achternaam auteur, voorletter(s) (Jaar van uitgave). Titel: Eventuele subtitel. Plaats uitgever: uitgever.
Is deze verwijzing naar een boek juist?
Is deze verwijzing naar een boek juist?
Slide 9 - Open question
Slide 10 - Video
Waar staat APA voor?
Slide 11 - Open question
Bij parafraseren gebruik je
aanhalingstekens.
waar of niet waar?
aanhalingstekens.
waar of niet waar?
