W2.4

1 / 20
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Willkommen liebe Schüler
Periode 2
Woche 2

Slide 2 - Slide

Heute auf dem Programm
  1. Wortspiel
  2. Feedback 
  3. An die Arbeit!
  4. Deadlines nächster Stunde







Lernziele
Am Ende der Stunde...
  • habe ich das Feedback verarbeitet;
  • kann ich erzählen, was ich noch üben muss;
  • habe ich mich vorbereitet auf die Zwischenmessung.

Slide 3 - Slide

Wortspiel
Schreibe in deinem Heft die 3 Kategorien auf: 
  1. Jezelf voorstellen 
  2. Doel/opdracht
  3. Afsluiten

Schreibe die Wörter/Sätze, die du hörst, unter die richtige Kategorie 

Slide 4 - Slide

Feedback

Workshop

Nodig: 
een wisbordje, stift & doekje
schrift + pen

Slide 5 - Slide

Boodschap
  1. Wat is het verschil tussen een mail en een brief
  2. Welke boodschap wil je sturen?
  3. Wat is het doel en in hoeverre heb je dat doel goed uitgelegd?




Slide 6 - Slide

  1. Wat betekent Betreff en wat heb je daar opgeschreven?
  2. Aanhef: Aan wie schrijf je de mail? 
  3. Hoe begin je in het Duits de mail?

Slide 7 - Slide

Aanhef
Denk eraan! Je stuurt de mail naar een persoon die bij de toeristeninformatie werkt. Niet naar de instantie zelf.

Je begint dus met:
Sehr geehrte Damen und Herren,

Slide 8 - Slide

Structuur
Is deze zin correct? Zo nee: wat zou je kunnen verbeteren?
Wir schreiben Ihnen weil, wir haben diese aufgabe im Deutch Klasse. 

Slide 9 - Slide

Structuur
Weil = omdat
Wij schrijven u, omdat we deze opdracht voor het vak Duits hebben.
Het werkwoord komt dus op de laatste plaats als je 'weil' gebruikt.
Wir schreiben Ihnen, weil wir diese Aufgabe für das Fach Deutsch haben.

Slide 10 - Slide

Ihr(e)
Ihnen
Sie
1. Als onderwerp in de zin
2. Als het om een bezit gaat
3. Als je er 'aan' of 'voor' voor kan zetten

Slide 11 - Slide

u
  • Als onderwerp: 
      Wir hoffen, dass Sie uns helfen wollen.
  • Als bezittelijk voornaamwoord:
      Im Voraus vielen Dank für Ihre Bemühungen.
  • Als er 'aan' voor kan staan: 
      Wir schreiben Ihnen, weil wir .....

Slide 12 - Slide

Welk werkwoord is NIET GOED vervoegd?
A
wir sein
B
wir möchten
C
Haben Sie
D
Wir interessieren uns

Slide 13 - Quiz

Werkwoordsvervoeging
Denk eraan! Je neemt de stam van een werkwoord:
ich= stam + e, wir/Sie= stam + en

Ich bin
Wir sind 
Sie sind

Slide 14 - Slide

Die Rechtschreibung
Wat zou jij anders doen in dit stukje tekst?

Sehr geehrte Damen und Herren,

Mit dieser Mail möchte ich gerne informationen und Flyer von ihnen bekommen. 
Wir sind Vierzehn und Fünfzehn Jahre.

Slide 15 - Slide

Die Rechtschreibung
Je schrijft de mail samen, dus je gebruikt 'wir'.
Zelfstandige naamwoorden krijgen in het Duits altijd een hoofdletter. 
Je kan altijd een lidwoord (de/het of een) voor een zelfstandig naamwoord zetten.
Bijvoeglijke naamwoorden krijgen nooit een hoofdletter in het Duits.

Slide 16 - Slide

Verarbeiten Feedback 
timer
15:00

Slide 17 - Slide

Hilfsmittel
It'sLearning: 
Opdrachten voor:
  • Werkwoorden vervoegen
  • Woordenboek gebruiken
  • Boodschap overbrengen
  • Samenhangend schrijven 

Kies wat je zelf nodig hebt!

Slide 18 - Slide

An die Arbeit! 
  1. Vul de forms in, link in ItsLearning
  2. Kijk in je boekje naar de feedback. Is alles duidelijk?
  3. Verbeter je mail, schrijf alle verbeteringen op in je schrift.
  4. Maak opdracht 3 in het boekje.
  5. Klaar? Maak opdrachten in ItsLearning. 

Slide 19 - Slide

Deadlines für nächste Woche



WOORDENBOEK NL-DU
Lernen:
Quizletset - Eine Mail schreiben
Im Unterricht:
  • 2. Version schreiben
  • Mail schicken


Slide 20 - Slide