This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Zuurstof - terugblik
Slide 1 - Slide
Benodigdheden zuurstof toediening?
Slide 2 - Slide
Zuurstofbrilletje
Zuurstofcilinder
Tissue
Veiligheidsspeld
Pleister
Bakje water (optioneel)
Slide 3 - Slide
Hypoxie
Saturatie <80%
Blauwe verkleuring nagels/vingers en lippen
Snelle ademhaling / benauwd
Hoge pols
Gebruik hulpademhalingsspieren
Verwardheid en onrust/angst
Slide 4 - Slide
wist je dat...
er ALTIJD een voorschrift van een arts nodig is om iemand zuurstof te mogen geven
zuurstof en Labello/Vaseline kunnen zorgen voor verbranding van de huid
mensen met COPD NOOIT meer dan 4L O2 per minuut mogen hebben in een woonsituatie
Slide 5 - Slide
Zuurstofbril plaatsen
Een zuurstofbril is geschikt voor zuurstoftoediening tot 6 liter per minuut. Een hogere dosis verhoogt de zuurstofconcentratie niet. Het kan wel irritatie van de slijmvliezen, oorsuizen, hoofdpijn en een slikgevoel veroorzaken.
Voordeel van een zuurstofbril is dat de cliënt geen last heeft van een zuurstofslang die voor hem hangt.
Slide 6 - Slide
Zuurstofbril plaatsen
Slide 7 - Slide
Op welke plekken in het lichaam wordt het zuurstof afgegeven?
A
In de longen.
B
In de slagaders.
C
In de organen.
D
In het hart.
Slide 8 - Quiz
Waar of niet waar: Alle slagaders bevatten zuurstofrijk bloed.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 9 - Quiz
Wat is de belangrijkste functie van de kleine bloedsomloop?
A
Het hart voorzien van zuurstof.
B
Ervoor zorgen dat je niet leegbloedt.
C
Ervoor zorgen dat het bloed weer zuurstof op kan nemen.
D
Ervoor zorgen dat het bloed zuurstof af kan geven.
Slide 10 - Quiz
Via welke ader verlaat het zuurstofarme bloed het hart?
A
De longslagader
B
De aorta
C
De longader
D
De bovenste holle ader
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Video
Slide 13 - Video
Slide 14 - Slide
Benoem enkele verschijnselen bij zuurstofgebrek
Slide 15 - Mind map
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Waar moet je opletten als je zuurstof gaat toedienen bij je zorgvrager?
Slide 18 - Open question
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Hoe kan je iemand zuurstof toedienen?
Slide 21 - Open question
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Gezonde mensen saturatie 96- 100 %
COPD/ hartfalen saturatie 92-100%
Lager dan 95% overleg arts
Lager dan 90% overwegen toedienen van zuurstof. Altijd inoverleg met de arts.
Slide 25 - Slide
verschijnselen hypoxie
kortademig in rust en ook bij lichte inspanning
geen energie om iets te ondernemen
gebruik hulpademhalingsspieren
sufheid, minder alert
vergeetachtigheid / verward
blauwe huidskleur van vingers, nagels , lippen
hoge pols en AH en RR
angstig
Slide 26 - Slide
De zorgvrager met hypoxie...
... wil het liefste rechtop zitten
... wil knellende kleding uitdoen
... kan niet praten en ademhalen tegelijk
... gebruikt hulpademhalingsspieren
... neusvleugelt
... heeft tekenen van cyanose
Slide 27 - Slide
Voorbehouden en risicovol
altijd in opdracht vd arts
schrijft ook aantal liters voor per minuut
gebruik maken van juiste middelen en materialen
alert zijn bij COPD (ademdepressie)
zuurstof is brandbaar!
bij een cilinder; bereken de inhoud
Slide 28 - Slide
Plaatsen zuurstofbril
Slide 29 - Slide
Voorbehouden of risicovol?
Slide 30 - Slide
Berekening
Bekijk de druk op de manometer (zuurstofcilinder). Bereken de resthoeveelheid zuurstof in de cilinder en de gebruiksduur.
Slide 31 - Slide
Afsluiten zuurstofcilinder
Draai de flowmeter dicht.
Draai de cilinderkraan dicht van + naar –.
Draai de flowmeter weer open. Je hoort nu zuurstof weglopen. Wacht totdat je geen zuurstof meer hoort en draai dan de flowmeter weer dicht.